Pesachcake, bros en luchtig
Omdat Pesach en Pasen dit jaar samenvallen, leek de tijd rijp voor een Joods gerecht. Ik dacht aan iets feestelijks. Liefst verband houdend met Pesach. En sloeg er een kookboek van Claudia Roden, autoriteit op het gebied van de Joodse keuken, op na. Daar stuitte ik al snel op het kopje Pesachcake. Perfect voor de gelegenheid.
De pesachcakes die Roden beschrijft, zijn volgens haar typerend voor de Sefardische traditie: Joden die oorspronkelijk afkomstig zijn uit Spanje en Portugal. Het baksel kent verschillende verschijningsvormen, maar met een aantal constanten. Tarwebloem komt er niet aan te pas. Vet zit er ook niet in. Er worden, zoals bij cake te doen gebruikelijk, wel veel eieren en een hoop suiker in verwerkt. Verder is het best opvallend dat ook amandelmeel een vast bestanddeel van dit gelegenheidsgebak blijkt te zijn. Een andere terugkerende component is sinaasappel, zowel de geraspte schil als het uitgeperste sap.
De cake die ik bakte, met walnoten als extra toevoeging, is volgens Roden dé pesachcake in het Turkse Istanbul. Alhoewel de naam –”gato de muez de pesah”– nog altijd Spaans aandoet. Het is een nogal bros en luchtig baksel, dat dus gemakkelijk uit elkaar valt. Het oorspronkelijke recept van Roden heb ik ietsje aangepast. Ik gebruikte bloedsinaasappels: omdat ze er nog zijn, omdat ze er zo mooi uitzien en ook omdat ze lekker zijn. Maar met gewone sinaasappels kan het natuurlijk ook.
Met een beetje goede wil moet het nog lukken om deze cake voor Pasen te bakken. Het lastigst is misschien om op korte termijn aan amandelmeel te komen. Al is dat de laatste jaren op steeds meer plaatsen te koop: bij de notenkraam, bijvoorbeeld, of in een natuurvoedingswinkel. Soms zelfs in de supermarkt. (Maar zelfrijzend amandelmeel is iets anders. De inhoud van zo’n pak bestaat maar voor 38 procent uit amandelen en verder uit rijstebloem, lupinemeel en rijsmiddel.)
Ik voorzag de taart ook nog van een glazuurlaag. Daarvoor loste ik 125 gram poedersuiker op in twee eetlepels bloedsinaasappelsap. Dat leidt tot prachtig roze glazuur. Lekker was het wel, maar –door die brosse bovenkant– niet erg netjes.
Pesachcake
Ingrediënten (voor tien punten)
l 6 eieren, gescheiden
l 375 g suiker
l 100 g amandelmeel
l geraspte schil en sap van 1 sinaasappel
l 200 g walnoten, fijngehakt
l snufje zout
Bereiding
Vet een springvorm met een doorsnede van zo’n 23 centimeter in met wat olie. Bestuif de randen en de bodem daarna met bloem (het oorspronkelijke recept schrijft matsemeel voor). Claudia Roden verwarmt de oven voor op 180 graden, ik zette mijn heteluchtoven (die sowieso altijd heter lijkt te worden) op 150 graden.
Klop de eidooiers met de suiker licht en romig. Voeg de gemalen amandelen, de rasp en het sap van de sinaasappel en de fijngehakte walnoten toe. Meng alles door elkaar.
Klop de eiwitten in een andere kom stijf met een snufje zout. Schep ze voorzichtig door het notenmengsel.
Giet het cakebeslag in de taartvorm en zet de taart in de oven. Na ongeveer anderhalf uur is hij gaar. Laat de taart afkoelen.