Plaatsvervanging
Hebreeën 12:2a
„Het kruis heeft verdragen en schande veracht.”
De zonde heeft altijd schande tot gevolg. U weet dat God Christus tot zonde heeft gemaakt en als God Hem tot zonde en een vloek heeft gemaakt, dan betaamde het Hem dat Hij schande over Hem bracht. Want de schande die over ons zou zijn gekomen en de smadelijke woorden die de zondaren zouden hebben toegevoegd, vielen op onze Heere.
Wanneer een misdadiger wordt gegrepen, voor de rechter gebracht en in het openbaar beschuldigd wordt, dan slaat hij zijn ogen neer. Hij schaamt zich om iemand aan te zien. Wanneer de rechter zegt: „Hoe hebt u dat durven doen?”, dan schaamt die dwaze man zich. Hij laat zijn hoofd hangen en zegt geen woord.
Zo plaatste God Christus ook op Zijn boekrol, riep Hem voor Zijn rechtbank en beschuldigde Hem om onze zonden. Christus kon ze niet loochenen, maar stond als een schaap dat stom is voor het aangezicht van Zijn scheerders. Hij liet Zijn hoofd hangen voor de rechtvaardigheid en de Oprechte. De Rechtvaardige stemde de schuld toe. Hij zei dat Hij zou sterven voor de moordenaar, de overspeler, de vloeker, de afgodendienaar en de dronkaard.
Samuel Rutherford, hoogleraar te St. Andrews
(”De leer en de eer van Christus”, 1640)