Netty Dijkstra schrijft persoonlijk verhaal over burn-out en depressie

Wie Netty Dijkstra in alle rust in de woonkamer op haar stoel ziet zitten, kan zich nauwelijks voorstellen dat ze nog maar een jaar geleden maandenlang werd opgenomen met een ernstige depressie. „Autisme is een monster. Autisme is oorlog.”

15 March 2018 09:22Gewijzigd op 16 November 2020 12:49
Netty Dijkstra met haar zoontje Jozef. „Ik hunkerde naar begrip, maar ontmoette veel onbegrip.” beeld Sjaak Verboom
Netty Dijkstra met haar zoontje Jozef. „Ik hunkerde naar begrip, maar ontmoette veel onbegrip.” beeld Sjaak Verboom

Al snel na de geboorte van hun eersteling merken Netty en haar man Bram dat er iets merkwaardigs met Jozef aan de hand is. Met het opgroeien wordt dat alleen maar duidelijker. En ingrijpender. „Praten deed hij niet, aanvallen van woede had hij des te meer. Ook maakte hij eindeloos schietgeluiden. Jozef was een ongeleid projectiel. Niets was veilig voor hem in huis.”

Jozef heeft autisme, dat is op den duur wel duidelijk. En dus hebben Jozef en zijn ouders hulp nodig. Die krijgen ze ook, maar dat leidt niet altijd tot het gewenste resultaat. Uiteindelijk is de situatie thuis onhoudbaar en wordt Jozef als 4-jarige opgenomen in een psychiatrische kinderkliniek. „Dat kon echt niet anders. Zijn ontwikkeling stagneerde totaal. Maar het heeft me zo veel verdriet gegeven.”

Golven

Inmiddels is Jozef 9 jaar en zijn de scherpe kantjes er een beetje af. „Zijn realiteit is niet de onze. Dat zal nooit anders worden. Wel gaat hij steeds meer van zichzelf en zijn omgeving begrijpen. Zo komen onze werelden wat dichter bij elkaar.”

Dat neemt niet weg dat er de afgelopen jaren heel wat golven over het gezin heen zijn heen gespoeld. Niet alleen over Jozef en zijn moeder, maar ook over de anderen. „Al heb ik denk ik de meeste klappen gekregen. Als moeder ben je toch het vaakst thuis en maak je er het meest van mee. Ik hunkerde naar begrip, maar ontmoette veel onbegrip. Ik moest hem maar eens flink aanpakken, alsof dat een oplossing is voor een kind waarbij alle stoppen zijn doorgeslagen.”

Na twee jaar krijgt Jozef een broertje, Boaz. Een paar jaar later volgt Koosje, die inmiddels 3 is. Ook Boaz blijkt een vorm van autisme te hebben, al uit dat zich bij hem op een andere, wat minder heftige manier. Daarnaast heeft hij veel te lijden van de grillen van Jozef en het beslag dat die op het gezin leggen.

Piano

Netty blijft trouw aan gezin en werk, maar het valt haar zwaar. Te zwaar. „Ik heb wel gedacht: ik meld me ziek, ik stop met werken. Maar financieel gezien kon dat eigenlijk niet en ik was ook blij er even uit te zijn. Toen ben ik zo ontzettend onderuitgegaan. Ik heb dat echt als een aanval van het kwaad ervaren.”

Eind 2016 gaat het helemaal niet goed met de 40-jarige Rotterdamse. „Ik zat in de metro, had het gevoel dat iedereen naar me keek en ervoer dat als enorm bedreigend. Maar als ik dan was uitgestapt, ging het wel weer. Achteraf gezien zat ik toen al heel dicht tegen een psychose aan.”

Niet lang daarna gaat het pas goed mis. Er volgt een spoedopname in een ggz-instelling. Netty is in een diep dal van burn-out, depressie en waandenkbeelden terechtgekomen. Een inktzwarte bladzijde, maar ook een die tot haar verwondering al snel weer wat voorzichtige tekenen van kleur krijgt.

„Er stond een piano op de afdeling”, zegt Netty, die op het conservatorium piano studeerde, „en al snel ben ik weer gaan spelen.” Wandelen doet ze ook. Dat brengt haar rondkolkende gedachten wat tot rust.

Netty speelt niet alleen, ze gaat ook schrijven. Korte stukken tekst die haar helpen zaken wat op hun plek te krijgen. Gedichten ook. Mensen in haar directe omgeving die de tekst onder ogen krijgen, zeggen allemaal hetzelfde: Dit zouden meer mensen moeten lezen. De zoektocht naar een uitgever loopt spaak, dus Netty besluit haar boek in eigen beheer uit te geven.

Het boek nodigt uit om in één adem uit te lezen. Eerlijk en gevoelig en soms ook met een vleugje humor schrijft ze over haar pijn, haar verdriet en over de duizenden dingen die haar dagen zo complex maken. Ze schrijft zelfs over die ene keer dat in haar radeloosheid even de gedachte: „Ik smijt hem van de trap” in haar opkomt, maar ze zich vrijwel tegelijkertijd weer herpakt.

Schrijven maakt kwetsbaar. Dat geldt niet alleen jezelf, maar ook je gezin, en dat beseft Netty heel goed. „Ik heb het toch gedaan, en daar heb ik nog geen moment spijt van gehad. Openheid geeft openheid. Ik heb ook duidelijk een missie: de samenleving laten zien wat voor impact een kind met autisme heeft op een gezin.”

Het verhaal van Netty is het overduidelijk waard om te worden opgeschreven. Het komt anderzijds wel wat fragmentarisch over en is ook niet vrij van stijl- en spellingsfouten. Netty weet wel hoe dat komt. „Ik heb het opgeschreven in de tijd dat ik was opgenomen. Toen was alles fragmentarisch voor me.”

Godsbesef

Nu de eerste, turbulente levensjaren van Jozef achter hen liggen, ziet Netty hoe activiteiten buiten gezin en school weer langzaam kunnen worden opgebouwd. „Eerst werd alles steeds minder. Niet meer mee naar de winkel. Niet meer mee naar de kerk. We gaan nu eens per maand met het hele gezin naar de kerk en hopen dat uit te bouwen. Dat gaat stapje voor stapje. Het vergt zo veel van hem en dat komt er later weer uit.”

De geloofsopvoeding van hun zoon is een worsteling voor het echtpaar, dat behoort tot de Nederlands Gereformeerde Kerken. „Toen hij klein was en ik zag hoe dat bij anderen ging, dacht ik: hoe moet dat nu met Jozef?”

Inmiddels hebben ze als ouder hun weg wel wat gevonden. „We zijn ermee gestopt om aan tafel uit de Bijbel te lezen. Dat kan er voor Jozef echt niet meer bij, de maaltijd is al moeilijk genoeg voor hem. We lezen nu op andere momenten, zoals bij het naar bed gaan.”

Dankbaar kijkt Netty terug op een van de zeldzame momenten dat Jozef haar een inkijkje in zijn hart gaf en ze erachter kwam dat hij ondanks zijn beperkingen een groot Godsbesef heeft. „We hadden het over Brams vader, die is overleden. Op Jozefs vraag waar hij nu was, antwoorde ik: In de hemel. Daar dacht hij wat over na en zei toen: In de hemel, daar zal ik eindelijk God zien. Ik was zo blij met dat antwoord. Voor een ander kind is de hemel misschien een fijne plaats met veel snoep of speelgoed, maar mijn zoon zag ernaar uit daar eindelijk God echt te kennen.”

Terugkijkend op het jaar dat achter haar ligt, blijven voor Netty vooral verwondering en dankbaarheid over. „Ik had nooit gedacht dat het zo goed zou komen. Ik ben ook niet bang voor weer een nieuwe depressie of burn-out. Dat is achteraf gezien zo duidelijk het gevolg van de hele situatie.”

Die dankbaarheid geldt ook het feit dat ze nu minder het gevoel heeft alleen te staan en de omgeving in actie is gekomen. „Ik heb zo veel geleerd. We hadden ontlast moeten worden, ik ben veel te lang doorgegaan. Er had meer begrip moeten zijn, maar ik had ook dingen eerder moeten aangeven.”

Het afgelopen jaar is Netty door een groot stuk acceptatie heengegaan. „Ik ben zo eenzaam geweest, ook al had het verdriet wel een plaats. Dan zat ik een poosje te huilen in de badkamer en daarna ging het wel weer. Dan ging ik weer door.”

Navolging

Rust kreeg Netty pas weer langzaam maar zeker tijdens haar opname. Rust ook om de Bijbel te lezen. „Ik heb veel in de Psalmen gelezen. Psalm 62 was me zo dierbaar. Stil, mijn ziel, wees stil. God, U bent mijn God. Als ik dat herlees doet het me nog heel veel, maar toen was het veel dichterbij.”

Tijdens een van de bezoeken nam haar echtgenoot een oud exemplaar van ”De navolging van Christus” van Thomas a Kempis mee. „Ik las: Het is beter uit ondervinding te weten wat het betekent een verbrijzeld hart te hebben dan dat men er een nauwkeurige omschrijving van geven kan.” Het is even stil. „Ik denk weleens: hoe is het mogelijk dat zo’n oud boekje met vergeelde blaadjes me juist toen zo veel te zeggen had.”

Ondanks dat haar geloof meedeinde op de golven van het gezinsleven, bleef het overeind. „Ik ben nooit boos geweest op God, of op de samenleving. Ik ben er altijd van overtuigd geweest dat God van ons afweet en ons leidt. Deze kinderen zijn niet voor niets in ons gezin geboren. Wij mogen voor hen zorgen.”

www.nettyschrijft.nl

Boekgegevens

Hete thee en drie klontjes suiker, Netty Dijkstra-Geuze; uitg. Jongboek, Heerenveen, 2017; ISBN 978 94 634 2218 5; 168 blz.; € 15,-.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer