Stevige winsten op Wall Street
De aandelenbeurzen in New York zijn maandag, na een lagere opening, met forse winsten de handel uitgegaan. De vrees voor een handelsoorlog, na de aankondiging van president Donald Trump om importheffingen op buitenlands staal in te voeren, verdween naar de achtergrond. Beter dan verwachte cijfers over de Amerikaanse dienstensector deden het sentiment verder goed.
De leidende Dow-Jonesindex sloot uiteindelijk met een winst van 1,4 procent op 24.874.76 punten. De brede S&P 500 eindigde 1,1 procent hoger op 2720,94 punten. Technologiegraadmeter Nasdaq won 1 procent tot 7330,70 punten.
De plannen van Trump om heffingen in te voeren op buitenlands staal en aluminium stuiten op steeds meer verzet. Onder meer de voorzitter van het Amerikaanse Huis van Afgevaardigden Paul Ryan is het niet met Trump eens en drong er bij zijn partijgenoot op aan om de plannen te schrappen. Trump maakt ook geen uitzondering voor buren Canada en Mexico, tenzij die landen akkoord gaan met een herziening van het handelsverdrag NAFTA, waarvan dan vooral Amerika beter wordt.
Bij de bedrijven was XL Group een opvallende winnaar met een winst van ruim 29 procent. De in Bermuda gevestigde maar in New York genoteerde verzekeraar staat op het punt om voor meer dan 15 miljard dollar te worden overgenomen door zijn Franse branchegenoot Axa. Het is de grootste overname in de verzekeringsbranche sinds 2015.
Chipmaker Qualcomm verloor 1,1 procent. Het overheidsagentschap dat toeziet op buitenlandse investeringen in Amerikaanse bedrijven (CFIUS) wil onderzoeken of de staatsveiligheid in het geding komt bij een overname van het bedrijf door branchegenoot Broadcom. Dat bedrijf is van Amerikaanse origine maar is statutair gevestigd in Singapore. Het aandeel Broadcom speelde 1,6 procent kwijt.
Verder viel de koerssprong van farmaceut Clearside Biomedical (plus 32 procent) op na bemoedigende testresultaten met met een van zijn belangrijkste middelen. Branchegenoot Dermira zag op zijn beurt 66 procent van zijn beurswaarde verdampen, nadat het de handdoek gooide bij de ontwikkeling van een acnemiddel.
De euro noteerde 1,2325 dollar, tegen 1,2336 dollar bij het slot van de Europese beurzen. De prijs van een vat Amerikaanse olie steeg 2,2 procent tot 62,59 dollar en Brentolie werd 1,8 procent duurder op 65,55 dollar per vat.