Konvooi met hulpgoederen bereikt Oost-Ghouta
Tientallen vrachtwagens met hulpgoederen hebben de Syrische regio Oost-Ghouta bereikt. De Syrische autoriteiten staan naar verluidt niet toe dat alle medische voorraden naar de enclave worden gebracht.
Een functionaris van de Wereldgezondheidsorganisatie (WHO) zegt dat 70 procent van de medische voorraden uit het konvooi gehaald moest worden. Het Internationale Comité van het Rode Kruis bevestigde dat medisch materieel was tegengehouden, maar trad niet in detail.
In het gebied, vlakbij hoofdstad Damascus, proberen islamitische milities stand te houden tegen de troepen van president Assad en diens bondgenoten. Ook maandag zijn weer luchtaanvallen uitgevoerd op verscheidene frontlinies, meldt het Syrisch Observatorium voor de Mensenrechten.
Volgens de in Groot-Brittannië gevestigde organisatie zijn doelen in de omgeving van Harasta, Beit Sawa en Hosh al-Ashari gebombardeerd en bestookt met artillerie. Een getuige bevestigde dat het konvooi met hulpgoederen de laatste controlepost van het leger is gepasseerd. De wagens reden vervolgens het rebellengebied in.
Een hoge VN-functionaris die het konvooi vergezelde zei „niet blij” te zijn dat beschietingen waren te horen. „We moeten er zeker van kunnen zijn dat we de humanitaire hulp onder goede omstandigheden kunnen afleveren”, zei Ali al-Za’tari.
De Verenigde Naties hadden eerder laten weten dat de vrachtwagens levensmiddelen en medische voorraden vervoerden voor ruim 27.000 mensen. In Oost-Ghouta zouden in totaal ongeveer 400.000 burgers vastzitten.