Rutte III is verstandshuwelijk maar alternatief ontbreekt
In een meerpartijencoalitie neemt meestal één partij ideologisch de leiding. De echte zwakte van ons vierpartijenkabinet zou weleens kunnen zijn dat dat motorvermogen ontbreekt, stelt Jan Schinkelshoek.
Krijgt Hans van Mierlo achteraf weer een keer gelijk? „Dit kabinet is van niemand”, sneerde hij alweer bijna 25 jaar geleden over het derde kabinet onder leiding van premier Lubbers. Dat kabinet was een GroKo, zoals het aan de andere kant van de oostgrens heet: gebaseerd op een Grote Coalitie van de toen grote partijen CDA en PvdA.
Meer dan een kil verstandshuwelijk is dat kabinet nooit geweest. Vergeleken met Lubbers I (1982-1986) en zelfs Lubbers II (1986-1989) leek Lubbers III (1989-1994) een karretje met vierkante wielen dat zich volgens de oppositie ook nog eens door rul zand voortploegde.
Rutte III begint op Lubbers III te lijken. Na een lange, eindeloze kabinetsformatie is de derde ministersploeg onder leiding van premier Rutte moeizaam uit de startblokken gekomen. De eerste honderd dagen zitten erop. Maar het lijkt alsof de kabinetsformatie zich nog voortsleept. Er zijn een paar ministers die in die eerste maanden boven het maaiveld uitgekomen zijn. Een van hen is minister Wiebes (Economische Zaken), die in Groningen zijn visitekaartje heeft afgegeven. Een ander is minister Schouten (Landbouw), die zich onderscheidde door ferm optreden tegen frauderende boeren. Andere ministers zullen ook wel hard werken, maar de buitenwereld merkt er niet zo veel van. Tenzij ruzie maken met Baudet (FVD) ook al werken is…
Tegenstrevers
Zou Rutte III aan dezelfde politieke verlammingsverschijnselen lijden als Lubbers III? Hoewel de politieke constellatie onvergelijkbaar is, zijn er wel een paar verontrustende overeenkomsten met 25 jaar geleden.
Lubbers’ laatste combinatie bezweek een paar keer bijna onder het onderlinge wantrouwen tussen de twee grote partijen. Gaandeweg kwamen CDA en PvdA na 1989 weer steeds scherper tegenover elkaar te staan. En dat leidde tot impasses die niet echt meer op te lossen waren, zelfs niet met een bami-akkoord (de WAO-overeenkomst die CDA en PvdA in 1993 sloten onder het genot van bami, ten huize van minister De Vries van Sociale Zaken).
Ruttes derde kabinet lijdt aan een verwante kwaal. Het wordt gedragen door vier partijen (samen ternauwernood een meerderheid in de Tweede Kamer) die ver van elkaar af staan. Per saldo zijn VVD, CDA, D66 en ChristenUnie meer elkaars concurrenten of zelfs tegenstrevers dan elkaars bondgenoten. De verkiezingsuitslag van een jaar geleden, gevolgd door het afhaken van GroenLinks, heeft het viertal tot elkaar veroordeeld. Maar of de nietjes van het regeerakkoord sterk genoeg zijn?
De minister-president is z’n glans aan het kwijtraken, zoals de affaire rond het aftreden van minister Zijlstra pijnlijk illustreerde. Het is Ruttes laatste kabinet. Ook dat doet denken aan vroeger.
Waar zit het motorblok van Rutte III? In een meerpartijencoalitie is er meestal een partij die ideologisch de leiding neemt en programmatisch de lijnen uitzet. De echte zwakte van dit vierpartijenkabinet zou weleens kunnen zijn dat dat motorvermogen ontbreekt. Ruttes VVD is te veel een machtsmachine geworden, D66 is te grillig en te onvoorspelbaar, de CU is te klein en het CDA… Ja, waar is de christendemocratie eigenlijk?
”Genade van staat”
Nee, dit is geen vooraankondiging van een spoedige kabinetscrisis. Of een coalitie het vier jaar uithoudt, hangt af van een reeks factoren, stuk voor stuk moeilijk te voorspellen.
De belangrijkste is wellicht of er een politiek alternatief is. Zolang er geen beweging komt in het politieke krachtenveld –links heeft de handen vol aan zichzelf en het populisme drijft de centrumpartijen naar elkaar toe– heeft niemand er belang bij de zaak op te blazen.
Maar zelfs als de coalitie een verstandshuwelijk blijft, hoeft dat geen fatale gevolgen te hebben. Sommige kabinetten krijgen ”genade van staat”, zoals ik het ooit eens een katholieke minister heb horen uitleggen: al regerenderwijs komt er van lieverlee meer vaart in.
Er zijn kabinetten die altijd van niemand zullen blijven. Maar net als Lubbers III kan Rutte III heel wel de rit uitzitten. Liefdeloosheid zullen de ministers op de koop moeten toenemen.
De auteur is directeur van het communicatiebureau Schinkelshoek & Verhoog in Den Haag en was lid van de Tweede Kamer voor het CDA. Bron: christendemocraat.com