Verdeling bijstandsgeld wekt onvrede bij Kamer
De Tweede Kamer is ontevreden over de nieuwe verdeling van bijstandsgelden aan gemeenten. Tijdens een overleg met de staatssecretaris Van Hoof van Sociale Zaken zei een meerderheid woensdag dat de onderbouwing van de verdeling van gelden nog steeds onvoldoende is. „Er is half werk geleverd”, aldus CDA-Tweede-Kamerlid Bruls.
Sinds dit jaar zijn gemeenten zelf verantwoordelijk voor de uitvoering van de bijstand. De Kamer vreesde vorig jaar al dat de invoering van de nieuwe wet zou leiden tot een onrechtvaardige verdeling. Dat kwam omdat vooral gekeken werd naar het aantal bijstandsgerechtigden in het verleden en niet of gemeenten proberen mensen weer aan het werk te kijken.
De voorganger van Van Hoof, Rutte, beloofde destijds dit jaar opnieuw naar de onderbouwing te kijken. „Ondeugelijk”, oordeelde PvdA–Kamerlid Noorman–Den Uyl over de aangepaste zogeheten verdeelsleutel, die volgens haar econometrisch van opzet is. Ook SP hekelde deze opzet op basis van aantallen mensen.
Van Hoof gaf toe dat het model voor volgend jaar nog niet perfect is, „maar wij zitten op de goede weg”. Hij wil volgend jaar niet afwijken van zijn plannen. De vorige week aangetreden VVD–bewindsman gaat nog wel sleutelen aan de verdeling in de volgende jaren. Hij beloofde verder te kijken naar groeigemeenten, zoals Houten, die door de huidige rekenmethode wellicht oneerlijk worden bedeeld.
Veel gemeenten hebben eerder bij de Kamer geklaagd dat zij er door de nieuwe verdeling van gelden op achteruit gaan. „Eerder hadden gemeenten niets op te merken over de opzet van de verdeling”, zei de staatssecretaris.
De PvdA vroeg Van Hoof tevergeefs om gemeenten niet meer dan 5 procent te korten of extra te geven dan het huidige budget. Het kabinet gaat uit van 10 procent. Nu zijn er gemeenten die volgens eigen berekeningen tot 20 procent moeten inleveren of juist meer krijgen.