Tij gekeerd: euro steeds sterker tegenover dollar
Bestond ruim een jaar geleden nog de verwachting dat de wisselkoers van de euro zou zakken tot 1 dollar, sinds begin deze maand ligt hij boven de 1,20.
De prijs van het Europese betaalmiddel bereikte in december 2016 het laagste niveau in nagenoeg veertien jaar. De eenheidsmunt kon toen worden gekocht voor ongeveer 1,03 dollar. De zogeheten pariteit, de situatie dat beide valuta’s evenveel waard zijn, kwam in zicht.
De verkiezing van Trump had de dollar een impuls gegeven. Het beleid van de nieuwe president zou, zo luidde de overheersende opvatting, de groei in Amerika aanzwengelen en daarmee een forsere inflatie en een krappere geldpolitiek uitlokken. De Federal Reserve (Fed), het stelsel van centrale banken in de VS, was trouwens al bezig met het verhogen van de rente. Aantrekkelijke omstandigheden voor beleggers om de greenback, zoals de dollar vaak wordt aangeduid, op te zoeken.
Sentiment
Maar inmiddels is het tij gekeerd. In plaats van een verdere stijging van de koers, trad er in 2017 juist een geleidelijke daling op, met als spiegelbeeld een steeds sterkere euro. Die omslag in het sentiment roept best wel vragen op. De economie aan de overzijde van de Atlantische Oceaan draait immers prima. Bedrijven gaan er dankzij recente wetgeving minder belasting betalen en Trump heeft flink gesnoeid in overheidsregels die ondernemers als belemmerend ervaren. Desalniettemin wekt het optreden van de huidige bewoner van het Witte Huis blijkbaar onvoldoende vertrouwen. Te wispelturig misschien, te veel mislukkingen, te onbehouwen, een weinig solide beeld van een leider en zijn team van naaste medewerkers.
De focus van de financiële wereld heeft zich verplaatst naar de eurozone. Daar is de crisis inmiddels ook afgeschud en zien de cijfers er beter uit dan de prognoses eerder aangaven. De groei in het gebied als geheel versnelt en ligt dik boven de 2 procent, consumptie en investeringen zitten in de lift, burger en bedrijfsleven zijn optimistisch. De dreiging van een uiteenvallen van de muntunie behoort –voor nu althans– tot het verleden, er zijn plannen om met behulp van verdergaande integratie dit monetaire bouwwerk te verstevigen.
Inflatie
Maar tegelijk blijft de inflatie bescheiden, en dat betekent in Europa voorlopig geen stappen om de ongekend lage rentestand achter ons te laten. Uit de communicatie van de Fed valt af te leiden dat in de VS de officiële tarieven dit jaar, als de situatie niet verandert, verder worden verhoogd. De lange rente daar, op tienjaarsobligaties, ging in de voorbije maanden van minder dan 2,1 procent naar nu rond de 2,6 procent.
Sommige analisten houden het erop dat de dollar de komende tijd herstelt. Anderen zijn het daar niet mee eens. Onzekerheid dus, zoals gebruikelijk overigens, over hoe het in de nabije toekomst zal gaan. Terug met de euro-dollarverhouding richting 1,00 of op naar 1,30? Ook de experts weten het niet.
In ieder geval is de Europese Centrale Bank (ECB) nog lang niet aan een renteverhoging toe. Deze instelling koopt zeker tot en met september maandelijks obligaties op om de inflatie aan te jagen, die zich te ver onder het wenselijk geachte peil van iets minder dan 2 procent beweegt. Of dat programma daarna stopt, moeten we afwachten, maar niemand voorziet, als vervolg na de eventuele beëindiging ervan, reeds in dit jaar een rentemaatregel.
Export
Ondertussen begint de kracht van de euro in de eurozone te knellen. Een aantrekkende wisselkoers maakt de producten van bedrijven voor kopers elders in de wereld duurder. Dat is ongunstig voor de export.
Eerder deze maand uitte de vicepresident van de ECB, Vitor Constâncio, zijn zorgen over de actuele ruilvoet met de dollar. Hij vindt dat de onderliggende economische ontwikkelingen de stijging van de euro niet rechtvaardigen. De centrale bank heeft formeel geen doelstelling voor de hoogte van de wisselkoers en voert op dat punt dan ook officieel geen beleid.
Donderdagmiddag vindt de gebruikelijke persconferentie plaats van president Mario Draghi, na het zeswekelijkse beraad van de monetaire bestuurders in Frankfurt. Wellicht doet hij op verbale wijze een poging om de opmars van de euro wat te stuiten.