Voor een kunstgebit naar Mexico
’s Zomers is het er nauwelijks te harden, in januari tikt de temperatuur in Los Algodones een aangename 21 graden aan. Toch loopt Clemente, eigenaar van Curios el Amigo, met een muts op. „Koud man.”
Zijn zaak ligt bijna op de grens van zijn land Mexico en de Verenigde Staten. Hij verkoopt onder meer damestassen, sieraden en parfum. De handel is slecht. „In de zomer staan hier lange rijen mensen voor de grens; de wachttijd kan oplopen tot drie uur. Dat is ”bingo” voor ons.” Van Trump en zijn muur moet de 58-jarige Mexicaan niets hebben. „Wij zijn toch niet minder dan zij daar aan die kant? Laat hij die muur maar om Washington bouwen.”
Los Algodones is het noordelijkste stadje van Mexico, pal aan de grens met de Verenigde Staten. Aan de Amerikaanse kant van de grens, richting de stad Yuma, ligt een gigantische parkeerplaats. Voor 6 dollar per dag kan de auto hier gestald worden. De nummerplaten verraden dat het gros van de fourwheeldrives afkomstig is uit staten in het noorden van de VS, zoals Montana, Nebraska, Washington en Wyoming. De eigenaren zijn snowbirds: oudere mensen die de kou ontvluchten en de winter doorbrengen in het aangename zuiden. En dan een dagje gaan shoppen in Mexico.
Of een kies laten vullen. Los Algodones telt ruim 200 tandartsen en is daarmee de ”tandartsenhoofdstad” van de wereld. Veel klanten zijn Amerikanen, aangezien boren en trekken hier aanzienlijk goedkoper is dan thuis. „Laat staan een compleet nieuw kunstgebit aanmeten”, zegt Steve Magallan (73) uit Oregon. Samen met zijn vrouw Suzy wandelt hij over de grens. Ze steken even de grens over voor controle van hun kunstgebit. „Jaren geleden hier gekocht. Scheelde ons echt duizenden dollars. Ook medicijnen zijn hier veel goedkoper.” Wat vindt Magallan van de muur van Trump? De bejaarde lacht zijn hagelwitte neptanden bloot. „Prima, als hij er maar een gaatje in laat voor ons.”
Lek als een mandje
De grens is een ijzeren muur. Te hoog om overheen te klimmen, te massief om tussen de spijlen door te kruipen. Aan Amerikaanse kant is het obstakel voorzien van camera’s en elektronica. Aan Mexicaanse kant ligt vuil. Maar de grens met Mexico is 3200 kilometer lang en lang niet overal afdoende beveiligd. In de woorden van president Trump is de bestaande grens nog zo lek als een mandje. Hij grijpt ieder incident aan om via Twitter zijn standpunt te verdedigen. „We will, and must, build the Wall!” Hij wil koste wat het kost „drugs- en mensensmokkel tegenhouden.”
Van de 3200 kilometer grens bestaat minder dan 1200 kilometer uit iets van een hek, muur of andere afscheiding. In de staat Arizona zijn het juist bergen, kliffen en woestijnen die een natuurlijke barrière vormen. Langs een groot deel van de Texaanse zuidgrens weert de rivier de Rio Grande gelukzoekers.
Toen de presidenten Clinton en Bush jr. investeerden in grensbewaking werd Arizona min of meer overgeslagen. Het grillige terrein met bergen, ravijnen en genadeloze hitte in de zomer zou voldoende moeten afschrikken. De realiteit is anders. Tussen 2000 en 2016 onderschepte de United States Border Patrol 6,5 miljoen illegale immigranten in dit gebied. Dat is de helft van het totaal van 12,9 miljoen illegalen die over dezelfde periode langs de hele Mexicaanse grens zijn opgepakt.
Handjes
Growers Company, staat er op de bus die net buiten Yuma tussen de weilanden staat geparkeerd. Het is zo’n typische Amerikaanse schoolbus, maar dan wit. Op een karretje achter de bus zijn mobiele toiletten bevestigd. Wie goed kijkt ziet overal van die witte bussen staan. De Growers Company levert Mexicaanse arbeidskrachten die nodig zijn om groente te oogsten. De mix van zon, water uit de Colorado, vruchtbare grond en goedkope arbeidskrachten maken van Yuma de ”groentehoofdstad van de wereld”.
„Mensen aan de oostkust beseffen niet dat hun verse groente bij ons vandaan komt”, zegt Linda Morgan van het Yuma Visitors Bureau. Ruim 90 procent van alle bladgroenten die van november tot en met maart in de Verenigde Staten wordt gegeten, komt uit Yuma’s grond. De productie van verschillende soorten sla bijvoorbeeld loopt op tot bijna 1 miljoen kilo per dag.
De vele handen die daarvoor nodig zijn komen uit Mexico. Iedere ochtend vroeg staan er rijen Mexicanen voor de grens. Aan de Amerikaanse kant stappen ze in een witte bus die hen naar hun werkplek brengt. En ’s avonds weer retour. De verdiensten zijn 12 tot 15 dollar per dag. „We leven hier ver weg, heel ver weg van Washington DC”, zegt Morgan. „Van oudsher werken, wonen en leven we samen met Mexicanen. We moeten er niet aan denken dat hun arbeid wegvalt. Dan stort de economie in. Mexicanen werken hier, Amerikanen winkelen daar.” Maar er is ook een andere kant. „Wat als er voor jou in een ziekenhuis geen plek is omdat het bed bezet is door een illegaal? Of op school zitten kinderen uit Mexico en voor jouw kind is er geen plaats? Patiënten of leerlingen mag je niet weigeren. Maar ieder land heeft wel het recht om illegalen te weren. Vandaar dus”, aldus Linda Morgan.
„Geen muur, geen deal”
„De muur is de muur, dat is nooit veranderd”, aldus Donald Trump vorige week op Twitter na een opnieuw oplaaiende discussie over de muur. De Amerikaanse president houdt vol dat de zuidgrens moet worden afgesloten. „We hebben de muur nodig om de massale invoer van drugs uit Mexico tegen te gaan, dat land is nu het gevaarlijkste land ter wereld. Als er geen muur is, is er geen deal.”
Die deal verwijst naar Trumps poging om de Democraten mee te krijgen in de bouw van een muur langs de zuidgrens. In ruil daarvoor wil hij de uitzetting van honderdduizenden immigranten –de zogeheten Dreamers– voorkomen. Trump wil draagvlak voor de bouw van de muur omdat het een van zijn belangrijkste verkiezingsbeloften is.
Tijdens zijn campagne sprak hij over een gevaarte van 20 meter hoog. Proefstukjes bij San Diego zijn half zo hoog. Mexico moet en zal de muur betalen, zei Trump in de race voor het Witte Huis. Nu vraagt hij het Amerikaanse Congres om 18 miljard dollar. En dat is lang niet voldoende. De totale grensafscheiding wordt geraamd op 33 miljard dollar.