Airbnb ‘teleurgesteld’ in Amsterdams besluit
Airbnb is teleurgesteld dat Amsterdam de jaarlijkse termijn voor vakantieverhuur door particulieren wil halveren. De gemeente maakte bekend de limiet volgend jaar te verlagen naar dertig dagen per jaar, in plaats van de huidige zestig. Daarmee trekt het stadsbestuur grote hotels voor ten nadele van andere inwoners van de stad, betoogt Airbnb een reactie.
„We geloven niet dat het gerechtvaardigd is om lokale families en hun gemeenschappen verder te benadelen”, schrijft het internetbedrijf in een open brief. Airbnb voorspelt bovendien dat nieuwe regels meer toeristen naar de toch al drukke trekpleisters drijft, omdat die in de buurt van grote hotels liggen.
Amsterdam wil de maximumtermijn juist terugbrengen om nadelige gevolgen van toerisme te verminderen. Juist de verhuur door particulieren, die in de afgelopen vijf jaar een grote vlucht heeft genomen, zorgt volgens het stadsbestuur voor overlast in woonwijken. Het is wethouder Laurens Ivens van Wonen bovendien een doorn in het oog dat Amsterdamse woningen „als verdienmodel” worden ingezet via sites als Airbnb, waardoor er minder huizen overblijven om in te wonen.
Op dat laatste punt gaf een rechtbank de gemeente Amsterdam onlangs gelijk. Die oordeelde dat tijdelijke vakantieverhuur de woningvoorraad in de stad inderdaad verkleint. De uitspraak sterkte het college van burgemeester en wethouders in het voornemen de termijn voor vakantieverhuur van woningen te verlagen.