VEB en Copera hadden bijna een hele dag nodig om hun argumenten naar voren te brengen.

Ahold kreeg een steuntje in de rug van grootaandeelhouder C. Thünnessen. Hij is bang dat zijn 12 miljoen aandelen door een onderzoek minder waard worden. Hij liet zich vertegenwoordigen door de bekende advocaat O. Hammerstein, die ervoor pleitte geen onderzoek te houden. Er lopen al zo veel studies naar het supermarktconcern dat er geen behoefte is aan nog een.

Ahold zelf kwam vrijdag aan bod. Het concern mag proberen de argumenten te ontkrachten. De Ondernemingskamer moet beslissen of er een enquêteonderzoek komt. Mocht dat gebeuren, dan gaan onderzoekers voor het gerechtshof aan de slag. Als de conclusie luidt dat het bedrijf inderdaad wanbeleid voerde, levert dat een krachtig argument op om schadevergoeding te eisen.

Alle kopstukken waren donderdag aanwezig. Voor Ahold zat bestuurslid P. Wakkie in de zaal. Voor de VEB was directeur P. P. de Vries in Amsterdam en voor het Amerikaanse pensioenfonds Copera was de Amerikaanse jurist A. Entwistle aanwezig.

Ahold kwam begin vorig jaar diep in de problemen. Er bleken geheime afspraken te bestaan over het ten onrechte meetellen van resultaten van dochterondernemingen in Zuid-Amerika en Scandinavië. Verder knoeiden managers van de Amerikaanse dochteronderneming US Foodservice met inkoopkortingen, waardoor de winst over enkele jaren ten minste 880 miljoen dollar te hoog uitkwam.

Na de bekendmaking van de fraude zakte de koers van het aandeel Ahold meer dan 60 procent. Entwistle zei donderdag dat het schadebedrag kan oplopen tot vele miljarden dollars. „De beleggers hebben schade opgelopen die vergoed moet worden. We willen Ahold echter niet kapotmaken. Daarom willen we onderhandelen over een schikking. Ik hoop dat we daarmee snel kunnen beginnen.”

De advocaat verklaarde eveneens dat de Amerikaanse beleggers niet van plan zijn in Nederland schadevergoeding te gaan vragen. „Wij doen dat alleen in de Verenigde Staten.” Copera is aangewezen als de partij die het voortouw mag nemen in de strijd om schadevergoeding. Het fonds opereert daarbij voor alle getroffen aandeelhouders in een zogeheten ”class-action suit”.

De VEB had bijna een hele dag nodig om alle redenen te noemen die een onderzoek rechtvaardigen. Jurist J. Lemstra van de beleggersclub vindt het vreemd dat Ahold overal in de wereld aan onderzoeken meewerkt, behalve in Nederland. Hij wil de notulen van de raden van bestuur en commissarissen boven tafel hebben. Daarin zit veel relevante informatie. „Het is noodzakelijk die notulen in te zien. Daarin staat hoeveel de bestuursleden wisten over de problemen”, betoogde hij.

Verder vindt de VEB dat er veel bewijzen zijn voor wanbeleid. Het feit dat er geheime afspraken zijn gemaakt bij de dochterbedrijven in Zuid-Amerika en Scandinavië is geen voorbeeld van goed beleid, evenmin als de mogelijkheid tot fraude bij US Foodservice.