Philips hekkensluiter in lagere AEX
De Amsterdamse AEX-index deed woensdag een stapje terug onder aanvoering van Philips. Ook op de andere Europese beurzen bleven de koersuitslagen beperkt. Beleggers moeten het stellen zonder belangrijk richtinggevend nieuws en zijn vooral in afwachting van de goedkeuring van de Amerikaanse belastinghervormingen.
De hoofdindex op Beursplein 5 noteerde in de ochtendhandel 0,3 procent lager op 550,62 punten. De MidKap steeg een fractie tot 834,98 punten. De beurzen in Parijs en Londen zakten 0,4 en 0,1 procent, Frankfurt bleef vrijwel onveranderd.
Zorgtechnologiebedrijf Philips was een opvallende daler bij de hoofdfondsen met een verlies van 1,6 procent. SBM Offshore ging op kop met een winst van 0,4 procent. De maritiem dienstverlener heeft de financiering afgerond van productie- en opslagschip (FPSO) Liza. Daarmee is een bedrag gemoeid van 720 miljoen dollar. Volgens SBM stond een dozijn banken garant voor het bedrag.
ABN AMRO daalde 0,9 procent. Het overleg tussen de vakbonden en de bank over een nieuwe cao voor het personeel heeft vooralsnog geen akkoord opgeleverd. Vooral loonafspraken blijken een struikelblok voor de onderhandelende partijen.
In de MidKap behoorden Besi en ASMI tot de kopgroep met winsten van 0,9 en 0,6 procent. Beide chipbedrijven profiteerden van koopadviezen van Kempen. Fugro steeg 0,6 procent. Het samenwerkingsverband Seabed Geosolutions van de bodemonderzoeker en het Franse CGG sleepte opdrachten binnen in Trinidad en Nigeria ter waarde van circa 60 miljoen dollar. Hekkensluiter was vastgoedbedrijf WDP met een min van 1,2 procent.
In Frankfurt klom Innogy 1,5 procent. De Nederlandse topman Peter Terium vertrekt per direct bij het Duitse energiebedrijf. De raad van commissarissen wil dat er iemand aan het hoofd komt te staan die meer op de kosten let en een „meer gerichte groei- en investeringsstrategie” heeft. Het moederbedrijf van Essent verlaagde onlangs zijn winstverwachtingen voor dit jaar en 2018.
De euro was 1,1846 dollar waard, tegen 1,1816 dollar een dag eerder. Een vat Amerikaanse olie kostte 0,5 procent meer op 57,82 dollar. Brentolie steeg 1,3 procent in prijs en werd verhandeld voor 64,04 dollar per vat.