De aanklagers houden A. verantwoordelijk voor het opsluiten, martelen en laten vermoorden van tientallen tot mogelijk honderden mensen in Ethiopië. Dat gebeurde tijdens het dictatoriale Derg-regime, waarvoor hij de gezant was in de provincie Gojjam. A. erkende dat hij die functie had, maar ontkent met klem dat hij achter de misdaden zat.

Volgens het OM ging het om „een aaneenrijging van verschrikkingen” en besliste A. in Gojjam „over leven en dood”. Veel slachtoffers waren minderjarig. Zo werden 75 jonge mensen in augustus 1978 in een kerk op het terrein van een gevangenis gedood, door ze te wurgen met touwen. Dat maakte minder lawaai dan kogels, zodat er minder onrust zou ontstaan bij omwonenden, zei het OM op de zittingen.

In 1990 kwam A. als asielzoeker naar Nederland. Later werd hij in Ethiopië bij verstek veroordeeld tot de doodstraf. Omdat het Ethiopische vonnis in Nederland niet uitgevoerd kan worden, zijn hier een nieuw onderzoek en proces in gang gezet. In 2015 werd A. gearresteerd.