Corruptieproces dienstauto’s is „een show”
„Een show en een gevecht tegen een grootmacht”. Zo typeerde Jacques H. dinsdag het proces rond de mogelijke corruptie bij de aanschaf van duizenden dienstauto’s door de overheid. Dinsdag maakte de rechtbank een aanvang met het proces, waarvoor vijftien dagen zijn uitgetrokken. Jacques H. geldt als een centrale verdachte in het onderzoek.
In het proces staan elf verdachten terecht. Het gaat om zes (ex-)ambtenaren en vijf verkopers uit de autobranche. Het omvangrijke onderzoek kwam in 2011 aan het rollen met een anonieme klokkenluidersbrief aan toenmalig minister Opstelten (Veiligheid en Justitie) en de Rijksrecherche. Het onderzoek leverde een groep van 37 verdachten op. Een aantal van hen kwam eraf met een geldboete of een taakstraf. Een paar auto-importeurs schikten hun zaak met justitie; importeur Pon betaalde een bedrag van 12 miljoen euro.
Volgens Jacques H. duurt de zaak veel te lang en lijdt hij daar ernstig onder. De door de wol geverfde ambtenaar H. was bij Defensie dé auto-inkoper. H. had op het ministerie de bijnaam „de olieman” omdat hij bedreven was in het regelen van zaken. Hij onderhield contacten met diverse autobedrijven. Tegen de rechtbank zei hij dat alle bedrijven gelijke kansen hadden bij aanbestedingen.
Het Openbaar Ministerie (OM) ziet dat anders. Volgens het OM hebben ambtenaren die verantwoordelijk waren voor de wagenparken van Defensie en politie zich laten omkopen met kortingen op leaseauto’s, op onderhoud en op onderdelen als winterbanden. Ook zouden zij zijn getrakteerd op reisjes.
Oud-minister van Defensie Hans Hillen moet op 19 december getuigen in het proces. Hillen liet eerder dit jaar in NRC Handelsblad optekenen dat hij de affaire het liefst buiten het OM en de Tweede Kamer om had geregeld. Hillen was minister in het kabinet-Rutte I (2010-2012).
Volgens de planning zal het OM op 9 januari de strafeisen formuleren.