In 2003 kwamen er 177.000 meldingen binnen van onder meer banken, casino’s en wisselkantoren. Het jaar daarvoor waren dat er nog 137.000. Het meldpunt gaf in 2003 ook meer verdachte meldingen door aan de politie voor nader onderzoek: 38.000, ruim 13.000 meer dan in 2002.

Dat blijkt uit het jaaroverzicht van het MOT dat minister Donner van Justitie maandag aan de Tweede Kamer heeft gestuurd. Financiële dienstverleners zijn verplicht ongebruikelijke transacties boven de 15.000 euro te melden bij het MOT. Verdachte meldingen worden doorgespeeld naar politie en justitie.

Het MOT kreeg vooral meer meldingen binnen over geldoverboekingen naar en van het buitenland. In 2003 waren dat er 123.000. Het MOT vermoedde dat bij ruim 27.000 van deze ’money transfers’ sprake was van bijvoorbeeld het witwassen van geld. Het ging vooral om overboekingen naar de Nederlandse Antillen, Turkije en Colombia, met een gemiddelde van 3600 euro.

Sinds 2001 zijn ook handelingen in waardevolle goederen, zoals voertuigen, schepen, kunst en juwelen verplicht ongebruikelijke transacties door te geven aan het MOT. Vorig jaar gebeurde dat 20.000 keer. Het gaat met name om voertuigen, die contant werden afgerekend. Uiteindelijk werden 700 van deze transacties doorgegeven voor nader onderzoek.

Het kabinet kondigde onlangs aan dat politie en het openbaar ministerie meer werk moeten maken van de verdachte transacties die zij van het MOT krijgen.