Slagveld
Prediker 7:1b
„…En de dag des doods dan de dag dat iemand geboren wordt.”
De waarheid is dat het leven van een gelovige een voortdurende oorlog is en dat hij altijd werk heeft op het slagveld. Zij krijgen te doen met listige, kwaadaardige, waakzame en spiedende vijanden. Met zulke vijanden die Adam in het paradijs, die de onschuldigste man in de wereld was, neerwierpen. Het zijn vijanden die eikenbomen omgeworpen hebben, zoals Mozes de zachtmoedigste, Job de geduldigste en Jozua de moedigste man in de wereld, en Paulus de beste apostel.
Het leven van een christen is een leven van strijden en worstelen. Job heeft gezegd: „Ik zou al de dagen van mijn strijd hopen, totdat mijn verandering komen zou” (Job 14:14). Ik ben nog steeds in strijd gewikkeld, zegt Job, met begeerlijkheden en verdorvenheden in mij, en met duivels en mensen rondom mij. Paulus zegt dat hij de goede strijd des geloofs gestreden heeft. Verder (2 Timotheüs 2:4) zegt hij: „Niemand die in de krijg dient, wordt ingewikkeld in de handelingen van de leeftocht, opdat hij dien moge behagen die hem tot de krijg aangenomen heeft.”
De dood betekent een verandering van bezigheid. Hij verandert deze harde dienst, dit werk dat bestaat uit treuren, worstelen en strijden, in blijdschap en het zingen van Halleluja tot de Almachtige. Dan geen gebeden, maar dankzegging en lof, dan geen strijden en worstelen, maar zegevieren en huppelen van zielenvreugd.
Thomas Brooks, predikant te Londen (”De sterfdag van een gelovige is zijn beste dag”, 1672)