Arme en rijke landen weer om tafel
Een klein jaar na het mislukken van de handelsbesprekingen in het Mexicaanse Cancun treffen rijke en arme landen elkaar opnieuw. In de Braziliaanse stad Sao Paulo zitten ze deze week weer met elkaar om tafel in een poging het vastgelopen overleg vlot te trekken.
De besprekingen vinden plaats op een vergadering van Unctad, de VN-organisatie die zich met zowel handel als ontwikkeling bezighoudt. De bijeenkomst is officieel bedoeld om de agenda van Unctad voor de komende jaren vast te stellen. De meeste aandacht is echter gericht op de besprekingen over een vrijere wereldhandel.
Nederland stuurt twee ministers naar Sao Paulo: Brinkhorst (Economische Zaken) en Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking). Brinkhorst was vorig jaar als vice-voorzitter nauw betrokken bij het overleg in Cancun. Voor zijn vertrek naar Brazilië sprak hij de hoop uit dat het overleg eind volgende maand zal uitmonden in een raamwerk dat de basis vormt voor verdere besprekingen die in de loop van volgend jaar moeten worden afgerond.
Het handelsoverleg vindt plaats in het kader van de zogeheten Doha-ronde, genoemd naar de hoofdstad van de Golfstaat Qatar waar de besprekingen eind 2001 begonnen. Breekpunt in de besprekingen zijn vooral de landbouwsubsidies. Rijke landen ondersteunen hun boeren met miljarden, waardoor hun collega’s uit armere landen nauwelijks kunnen concurreren. Hieronder gaan onder anderen katoenboeren gebukt. Als gevolg van landbouwsubsidies in het Westen daalde de omzet van Braziliaanse katoenboeren in 2001 met 600 miljoen dollar.
Het Westen heeft de afgelopen tijd diverse keren kenbaar gemaakt een uitweg te willen zoeken voor het vastgelopen handelsoverleg. Vorige week nog beloofden de rijke landen en Rusland (verenigd in de G-8) de belangrijkste geschillen uit de weg te ruimen. Eerder deed de Europese Unie een aantal (niet geheel vrijblijvende) voorstellen die onder meer betrekking hebben op het afschaffen van exportsubsidies.
Zondag is een eerste aftrap gegeven voor het lostrekken van de Doha-ronde. Toen stak een aantal belangrijke spelers de koppen bij elkaar, namelijk Brazilië, de Verenigde Staten, de Europese Unie, zuidelijk Afrika en Australië.
Over de vraag of Sao Paulo iets zal opleveren, bestaat de nodige twijfel. Zowel de Verenigde Staten als de Europese Unie worden momenteel in beslag genomen door een aantal kwesties die intern van groot belang zijn. De Amerikanen kiezen later dit jaar een nieuwe president en de EU is bezig een nieuwe Europese Commissie (het dagelijks bestuur van de EU) samen te stellen.
Hoe het in Sao Paulo ook zal aflopen, voor Unctad biedt de bijeenkomst een mooie kans zich weer even op de kaart te zetten. De VN-organisatie werd veertig jaar geleden opgericht en fungeerde als een soort tegenhanger van de GATT (Algemene Overeenkomst inzake Handel en Tarieven) waarin vooral ontwikkelingslanden hun zegje konden doen. Als platform voor noord-zuidbesprekingen heeft Unctad tegenwoordig echter weinig betekenis meer. Het handelsoverleg vindt nu plaats binnen de Wereldhandelsorganisatie (WTO), de opvolger van de GATT.
Gezaghebbend is Unctad wel met haar onderzoeken en adviezen, die door wetenschappers zeer serieus worden genomen. Vorige maand kwam de organisatie nog met een rapport naar buiten waaruit bleek dat een vrijere wereldhandel in ontwikkelingslanden niet per definitie samengaat met bestrijding van de armoede.