Terug naar Qaraqosh
„Ik denk liever niet te veel over de toekomst van de christenen op de vlakte van Ninevé. Maar nee, ik ben ook niet bang om vooruit te kijken”, zegt hoofdingenieur Sabah Zakaria (59) stellig. Hij is belast met de wederopbouw van het Iraakse Qaraqosh. De stad heeft lang tijd klem gezeten tussen IS-strijders en geallieerden. Beide groepen hadden een aandeel in de vele bombardementen die de stad volledig verwoestten.
Sabah Zakaria is er trots op dat het grondbezit van de familie al op de vroegste kaarten van Qaraqosh terug te vinden is. „Onze grond liep vroeger van het centrum van de stad tot buiten de stadsgrenzen. Het familiebezit is in de loop der tijd versnipperd geraakt. Nu bezit ik een kleiner erf, waarop mijn huis staat. In 2014 telde de stad wel zestig families Zakaria. Allemaal moesten we vluchten voor IS. Maar gelukkig komt de terugkeer van de mensen weer langzaam op gang. Binnenkort hoop ik mijn gezin weer in Qaraqosh te verwelkomen.”
„Met ons werk aan de herbouw van Qaraqosh en andere christelijke plaatsen willen we bereiken dat christenen in Irak kunnen blijven”, zegt pater Georges Jahola. Jahola is hoofd van het comité voor de wederopbouw van Ninevé, dat werd aangesteld na een akkoord tussen de drie christelijke Iraakse kerken: de Syrisch-Katholieke Kerk, de Syrisch-Orthodoxe Kerk en de Chaldeeuws-Katholieke Kerk. Volgens raming zullen 1200 vernielde, platgebrande of beschadigde huizen en gebouwen moeten worden hersteld of herbouwd. De kosten bedragen naar schatting meer dan 200 miljoen euro. De internationale organisatie Kerk in Nood stelt een deel daarvan beschikbaar. „Inmiddels hebben we al 22 scholen opgeknapt en ingericht”, zegt pater Jahola tevreden. „Het is van het grootste belang dat kinderen in Qaraqosh zo snel mogelijk weer naar school kunnen.”
Kerk koelen
Op de vroege zondagmorgen lopen kerkgangers de zwartgeblakerde Syrisch-katholieke Kathedraal van de Onbevlekte Ontvangenis binnen. Buiten de kerk houden militairen van het christelijke leger NPU de wacht. De geschonden kerk werd door jihadisten gebruikt als schietbaan: ze oefenden er hun schietvaardigheid op paspoppen uit een naburige modewinkel.
Op een andere plaats, in de Kerk van Johannes de Doper, leidt pater Jahola de mis. Verschillende mensen die naar de stad terugkeerden, schuiven weer in de vertrouwde banken. Airco’s worden op de hoogste stand gezet en water wordt over de vloer gegoten om de kerk te koelen. Pater Georges Jahola legt zijn teruggekeerde schapen de zegen op. „Meer dan de helft van de gevluchte christenen woont nog altijd in Irak”, weet hij. „Bijna 70 procent van hen wil zéker terugkeren naar hun huizen op de vlakte van Ninevé. De rest twijfelt nog.”
Bisschop Petrus Mouche vindt de veiligheidssituatie in de stad op dit moment redelijk. „Het is een uitdaging om weer in Qaraqosh te leven. Helaas hebben we nog lang niet genoeg geld voor het herstel van alle verwoeste huizen, terwijl de bewoners sméken of hun huis kan worden opgeknapt. Herstel van huizen biedt mensen de mogelijkheid terug te keren naar de vlakte van Ninevé, waardoor ze in Irak kunnen blijven wonen. Tot nu toe hebben we zo’n 1000 gezinnen kunnen verwelkomen in Qaraqosh, en we verwachten dat de komende tijd nog eens zo’n 3000 tot 4000 families zullen terugkeren. Hoewel we niet met veel christenen leven op de vlakte van Ninevé, is onze invloed op de samenleving groot. Wij mogen het licht van Christus laten schijnen in Irak.”
Mobiel kantoor
Hassan Mahdi (44) heeft zijn kopieerapparaat op straat geparkeerd. Hij staat de terugkerende stadsbewoners bij met het invullen van de formulieren waarmee een gemeentelijke subsidie van 3500 euro kan worden aangevraagd voor het herstel van hun woning. Velen maken dankbaar gebruik van zijn diensten.
Mahdi diende indertijd in het leger van Saddam Hussein: twee maanden lang was hij gelegerd in Koeweit. Later verloor hij drie strijdmakkers toen zijn eenheid de Iraakse stad Tikrit verdedigde tegen optrekkende jihadisten. „We zagen Amerikaanse legerhelikopters landen om IS-strijders van wapens te voorzien”, zegt hij ontstemd. „Toen IS in 2014 de vlakte van Ninevé innam, was ik niet in mijn dorp bij Qaraqosh”, vervolgt Mahdi. „Ik was gelegerd in Karbala, om die heilige plaats te verdedigen tegen IS.” Mahdi vertelt dat hij geen christen is maar tot de kleine Iraakse minderheid van de Shabakken behoort. De Shabakken –een groep van zo’n 100.000 mensen– wonen apart in dorpen in de provincie Ninevé. Ze zijn, net als de christenen, een Iraakse minderheid en geregeld doelwit van terreurgroepen.
„Kortgeleden keerde ik terug naar Qaraqosh, nadat de stad op 21 oktober werd bevrijd, hoewel het in de regio nog chaotisch en onrustig is. Ik verlang terug naar de tijd van Saddam Hussein, die beter was voor iedereen: toen was religie nog geen punt van discussie.” Over de toekomst zegt hij: „Ik zou graag naar Zweden verhuizen, waar mijn nicht woont, die met een Zweed is getrouwd. Sinds ik mijn soldatenuniform heb uitgetrokken, werk ik hier in Qaraqosh. Inderdaad, ik verdien nu minder. Maar ach, van mijn soldij kon ik ook niet rondkomen.”
Licht
De lampenwinkel van Subhi Isaaq Franso loopt als een trein. Hij levert weer ‘licht’ aan het leeggeroofde Qaraqosh. IS-strijders plunderden de stad en vernielden alles wat achterbleef. „Voordat IS Qaraqosh binnenviel, had ik al dertig jaar deze lampenzaak”, vertelt de winkelier. „Direct nadat IS uit Qaraqosh was verdreven, keerde ik naar de stad terug. Ik knapte mijn leeggeplunderde winkel op en haalde nieuwe lampen uit Mosul en Erbil. De eerste maand verkocht ik nauwelijks lampen, want er was nagenoeg geen elektriciteit. Nu draai ik viermaal de omzet van de tijd vóór de bezetting door IS. Iedereen die terugkeert naar Qaraqosh heeft lampen nodig. Ze zijn niet aan te slepen.”
De ondernemer zegt niet bang te zijn voor de toekomst, zelfs niet na alles wat hij meemaakte. „Binnenkort, wanneer een van mijn dochters haar studiejaar aan de universiteit in Erbil heeft afgerond, hoop ik mijn vrouw, twee dochters en mijn zoon in Qaraqosh te verwelkomen. Ik vertrouw op God en op Jezus, waarvoor zou ik dan bang zijn? Aan Hem is uiteindelijk de victorie.”
Stoep schrobben
In een nabijgelegen pand is Raafat Fufael (32) met zijn oom Badry Slulaka (62) aan de slag gegaan om orde te scheppen in de puinhoop die de jihadisten achterlieten. Vóór de bezetting werden er in het pand feesten en partijen gehouden. Bruidsparen hieven het glas op hun huwelijk. Fufael toont de speciale zitbank voor prille echtelieden. „Die is gelukkig gespaard gebleven”, zegt hij. „Ook de toiletten zijn ongeschonden uit de strijd gekomen, ze zijn alleen bedekt onder een dikke laag stof. Helaas zijn de hal en het trappenhuis uitgebrand.”
De airco in de hal is zwartgeblakerd en aan het plafond hangen stalen buizen, treurig kromgetrokken. Ook de bar met tap op de eerste verdieping is beschadigd en zal moeten worden opgeknapt. Fufael huurt werklui in om de zaak zo snel mogelijk op te knappen en schoon te maken.
Ook de 28-jarige Maywa Muhayak Alkateb keert haar min of meer herstelde huis met bezemen. Haar moeder Najeba Kasha (54) helpt haar. Samen bekijken ze de antieke buffetkast. Een dikke laag stof bedekt het meubel, een aantal glazen deurtjes sneuvelden. Alkateb hoopt dat ze zo snel mogelijk weer een maaltijd kan bereiden in haar schoon geschrobde keuken in Qaraqosh.
Wees welkom
Ondertussen is ondernemer Majid Shaba (45) al drie dagen druk om zijn huis klaar te maken voor bewoning. „Ik verliet mijn stad niet uit vrije wil”, zegt hij terwijl hij de stoep schrobt. „Ik ben in Qaraqosh geboren, ik wil er leven en sterven: Qaraqosh is mijn stad.”
Shaba moet ook nog aan de slag in zijn fastfoodrestaurant Chefcity. Het is er nog een chaos, maar Shaba is vastbesloten de deuren van zijn gelegenheid zo snel mogelijk te openen. „Ik krijg geen steun bij het opknappen van Chefcity, maar dat zal me er niet van weerhouden m’n restaurant in ere te herstellen”, zegt Shaba vastberaden.
„Christenen moeten niet wegtrekken uit de vlakte van Ninevé”, peinst Shaba. „Ik vind dat je je geboortegrond niet kunt verlaten. Om de veiligheid hoeven mensen niet weg te trekken uit dit gebied, want IS is verleden tijd. Wij beschikken nu over een eigen leger dat ons, christenen, kan beschermen. Ik zie de toekomst wat zonniger tegemoet. Het leven is hier goed, wees welkom!”