Epe onderzoekt monument voor heldenfamilie
In Epe komt mogelijk een monument voor een familie die in de Tweede Wereldoorlog aan tussen de vijftig en de zestig onderduikers onderdak verschafte. Struikelblok vormt een groendepot van de gemeente dat op de plek van de toenmalige boerderij van deze familie staat. Het depot moet mogelijk wijken voor het monument.
De gemeenteraad stemde donderdagavond in met een motie van CDA en D66 om het inrichten van een herdenkingsmonument te onderzoeken.
De familie Van Essen zou 54, sommigen spreken over 58, onderduikers geholpen hebben in haar boerderij aan de Wachtelenbergweg in Epe. De familie woonde op de overgang tussen het dorp en de omliggende bossen.
Achter de boerderij stond een stenen schuur waar onder de vloer een kleine schuilplaats was gemaakt. In 1942 doken de eerste Joden er onder. Al snel werd ook een zomerhuisje op het terrein geschikt gemaakt als schuilplek. Niet alleen Joden, maar ook Amerikaanse soldaten vonden hier een schuilplaats voor de Duitsers.
Het heldenverhaal van de familie kwam al vlak na de oorlog naar buiten. Maria Caroline van Klaveren, onderwijzeres aan de School met de Bijbel, bracht in 1945 het boek ”Een toevluchtsoord in bangen tijd” uit. Zij liep op een bevrijdingsfeest in Epe een van de familieleden tegen het lijf en schreef daarna het verhaal over de onderduikers.
Onder anderen de Amerikaanse presidenten Eisenhower en Reagan kenden de familie een onderscheiding toe. Maar een zichtbare blijk van waardering door de gemeente bleef uit.
Particuliere initiatiefnemers willen dat er een monument komt op de plek waar eerder de boerderij stond. Het idee is dat er vanaf die plek fiets- en wandelroutes uitgezet worden, aldus de motie van CDA en D66.
Eind vorig jaar gaf de gemeente nog aan niet mee te kunnen werken aan het initiatief. De raad stemde er donderdagavond wel mee in, maar voor wethouder Aalbers was deze motie overbodig. „Ik zie het als een steun in de rug. Met deze motie is niet op voorhand duidelijk dat het groendepot wordt verplaatst. We kijken wel naar de financiering en of het in het bestemmingsplan past.”