Gunning Blankenburgtunnel hoeft niet over
De aanbesteding van de bouw van de Blankenburgtunnel in Zuid-Holland hoeft niet over. Dat heeft de rechtbank in Den Haag bepaald in een kort geding dat was aangespannen door de bouwers BAM en VolkerWessels en baggeraar Boskalis.
De Blankenburgtunnel onder de Nieuwe Waterweg bij Maassluis moet de A15 en A20 met elkaar gaan verbinden. Met de aanleg van de nieuwe verkeersader is een totaalbedrag van circa 1 miljard euro gemoeid.
Het project is gegund aan een consortium van Ballast Nedam, de Belgische baggeraar DEME en de Australische firma Macquarie. Concurrenten klaagden dat dit niet volgens de regels zou zijn gebeurd en stapten naar de rechter.
Zij wezen op mogelijke belangenverstrengeling omdat een adviesbureau dat in de voorbereidingsfase voor opdrachtgever Rijkswaterstaat werkte, later adviseerde bij het winnende consortium. Daarbij kon mogelijk voorkennis zijn gedeeld waarover concurrenten niet beschikten, meenden zij.
De rechtbank oordeelt evenwel dat die conclusie op basis van de beschikbare feiten niet kan worden getrokken. Er waren volgens de rechter ook voldoende maatregelen getroffen om te voorkomen dat zo’n dubbelrol van een adviesbureau een van de partijen een oneerlijke voorsprong zou geven.
Daarnaast vonden de klagers dat het plan van het winnende consortium niet voldoet aan de technische eisen zoals die in de aanbesteding werden gesteld. Ook plaatsten zij vraagtekens bij de wijze waarop Rijkswaterstaat de inschrijvingen heeft beoordeeld. Maar ook op die punten vingen zij bot bij de rechter.
Een woordvoerder van BAM liet desgevraagd namens het gehele consortium weten dat de betrokken partijen het vonnis gaan bestuderen. Inhoudelijk wilde hij nog niet op de zaak ingaan.