Na een korte schorsing neemt de kersverse VVD-fractievoorzitter Dijkhoff het woord. Dat doet hij met de nodige flair en veel beeldspraak. Hij benadrukt dat het kabinet het vertrouwen van burgers zal moeten verdienen. SP-Kamerlid Roemer proeft in diens woorden dat hij open staat voor input van de oppositiepartijen. „Uw toon staat me aan”, zegt Roemer dan ook. Zijn poging om al direct zaken te doen met Dijkhoff rond de Wajong en de wijkverpleging, loopt echter op direct al op niets uit. „Het moet wel van ver komen, hoor”, schimpt Roemer.

Asscher vraagt Dijkhoff ook naar de betekenis van de uitgestoken hand. „Praten kan altijd”, zegt Dijkhoff ontwijkend. Asscher wil echter direct zaken doen. Dijkhoff houdt de boot af.

Dijkhoff voorspelt dat zowel hijzelf als fractievoorzitter, maar vooral ook de bewindslieden in het kabinet fouten zullen maken. Hij benadrukt echter dat hun diepste drijfveer echter is om het leven van Nederlanders stap voor stap een stukje beter te maken. „Het regeerakkoord biedt daar aanzetten toe.” Hij spreekt de hoop uit dat partijen in de Kamer met elkaar zullen samenwerken in plaats van elkaar vliegen af te vangen. „Laten we niet alleen maar uitgaan van ons eigen gelijk en net doen alsof het hier een debatclub is.”