Dutroux betuigt spijt aan ouders slachtoffers
Marc Dutroux heeft donderdagochtend in zijn slotwoord op het proces van Aarlen spijt betuigd aan de ouders van zijn slachtoffers. Hij voegde daaraan toe geen vergeving te zullen vragen. „Wat ik gedaan heb, is daarvoor te gruwelijk", aldus Dutroux. Hij zei dat de ouders „de vaders en moeders zijn zoals ik ze zelf graag had willen hebben".
Dutroux stelde opnieuw dat hij niet alleen heeft gehandeld en dat veel getuigen tijdens het proces leugens over hem hebben verteld. Anderen zouden de meeste slachtoffers hebben omgebracht. Dutroux benadrukte niet verantwoordelijk te zijn voor de dood van de Vlaamse meisjes An en Eefje. Ook ontkende hij de ontvoering van de Luikse meisjes Julie en Mélissa.
Hij zei verder dat justitie en politie–inspecteurs de zaak niet volledig hebben onderzocht, uit vrees voor represailles door personen die „bescherming" zouden genieten. Hij vroeg zijn vroegere echtgenote ook niet langer „leugens te vertellen".
Dutroux verwijt zichzelf dat hij de twee kinderen uit Luik aan zijn ex–vrouw heeft overgelaten. Martin maakte zich volgens hem schuldig aan „navelstaarderij en egocentrisme". Martin vroeg in haar laatste woord tot de jury „geen vergiffenis, maar ik druk mijn diepste gevoelens van spijt uit".
Dutroux zinspeelde wederom op het bestaan van netwerken. Ook bij aanvang van het proces, tijdens zijn eerste publieke verhoor, zei Dutroux dat hij zelf grotendeels het slachtoffer is van een groot netwerk dat zich schuldig maakte aan kindermisbruik. Daarin zouden hogere politiefunctionarissen en de onderwereld van Charleroi een belangrijke rol gespeeld hebben.
Ook medeverdachte Michel Nihoul, een voormalig Brussels zakenman, zou tot dat netwerk hebben behoord. Nihoul ontkende dat donderdag in alle toonaarden. „Nooit heb ik, van dichtbij of van ver, een kind aangeraakt. Nooit ben ik rechtstreeks of onrechtstreeks betrokken geweest bij kinderhandel", aldus Nihoul.
Dutroux uitte donderdag forse kritiek op de psychiaters die hem onderzochten. Dutroux vindt zichzelf geen psychopaat. Voorts stelde hij dat hij „de tijd, noch de middelen" zal hebben om zich te verweren tegen alle aanvallen in zijn richting. De vierde en laatste verdachte, Dutroux’ handlanger Michel Lelièvre, zag af van zijn recht zich nog tot de jury te richten.
De jury kreeg donderdagmiddag de lijst met de ongeveer 260 schuldvragen te horen. Daarover moet ze zich volgende week in een zwaar bewaakte legerkazerne in Aarlen beraden. Mogelijk komen de twaalf juryleden en hun twaalf plaatsvervangers, die apart over de schuldvragen vergaderen, maandagavond of dinsdag tot een uitspraak.
Belangrijkste vraag is of Michel Nihoul betrokken was bij de ontvoeringen. Daarmee staat of valt de theorie dat Dutroux handelde in opdracht van een groter netwerk. Vervolgens moet de jury samen met de drie rechters een uitspraak doen over de strafmaat. Die uitspraak valt volgende week woensdag of donderdag pas te verwachten.