Zes EU-landen willen langer paspoortcontroles
Zes Europese landen willen nog een half jaar paspoort- en andere controles houden aan hun binnengrenzen. Duitsland, Denemarken, Oostenrijk, Zweden, Noorwegen en Frankrijk hebben dit de Europese Commissie laten weten, zei commissaris Dimitris Avramopoulos (Migratie en Binnenlandse Zaken) in Luxemburg.
Volgens de Griek worden de meldingen „in detail” beoordeeld „maar dit kan niet de nieuwe norm in de Schengenzone worden”. Hij benadrukte na afloop van een bijeenkomst van de EU-ministers van Justitie en Binnenlandse Zaken dat tijdelijke grenscontroles uitzondering moeten blijven, „een laatste redmiddel.” De Schengenzone bestaat uit het grondgebied van 23 van de 28 EU-lidstaten plus Noorwegen, IJsland, Zwitserland en Liechtenstein.
Volgens de Estse minister Andres Anvelt, die de raad voorzat, „zijn geruchten dat Schengen nu dood is overdreven”. „Er is begrip bij de andere landen voor zorgen over migratie en terreur. Het is zaak een balans te vinden tussen de vrijheid van verkeer en die zorgen.”
Om daaraan tegemoet te komen heeft de commissie vorige maand voorgesteld de regels voor tijdelijke controles aan de binnengrenzen in „uitzonderlijke situaties” op te rekken. Nu kan een lidstaat die meent dat de nationale veiligheid in gevaar is toestemming aan Brussel vragen om een half jaar controles aan de binnengrenzen in te voeren, en daarna verlenging aanvragen. Voor goedkeuring moeten de andere lidstaten geraadpleegd worden.
De commissie wil nu de eerste aanvraag voor een jaar laten gelden. Als dezelfde (terreur-)dreiging dan nog steeds bestaat kan het land zes maanden verlenging vragen, en daarna opnieuw, tot alles bij elkaar uiterlijk drie jaar grenscontroles. Avramopoulos riep de ministers op snel een besluit te nemen over het voorstel.