ACM wil minder onderonsjes Schiphol en KLM
Schiphol had de afgelopen jaren wel erg veel onderonsjes met KLM. Dat kan concurrenten van de luchtvaartmaatschappij hebben gedwarsboomd in hun groeiplannen. Regels hebben de twee bedrijven niet overtreden, maar concurrentiewaakhond ACM vond het wel nodig nieuwe afspraken te maken om een gelijk speelveld te garanderen.
Zeven op de tien vluchten op Schiphol komen voor rekening van KLM en haar samenwerkingspartners. Het bedrijf zit dan ook vaak om de tafel met het luchthavenbedrijf. Het risico bestaat dat daar zaken besproken worden waarvan andere luchtvaartmaatschappijen hinder ondervinden, blijkt uit onderzoek door de ACM.
Zo sprak KLM in dergelijke gesprekken haar zorgen uit over de inrichting van een business lounge voor concurrent Emirates, en over de opening van een basis door prijsvechter easyJet. Ook drong KLM volgens de toezichthouder aan op inspraak bij bijvoorbeeld het investeringsbeleid van Schiphol en de luchthaventarieven.
Schiphol en KLM hebben de ACM beloofd dat zij over dat soort zaken niet meer met elkaar zullen overleggen. De luchthaven moet zelfstandig en onafhankelijk dergelijke beslissingen kunnen nemen. Ook hebben de bedrijven toegezegd dat zij voortaan open zijn over eventuele onderlinge contacten en die ook vast zullen leggen zodat de toezichthouder de inhoud ervan kan controleren.
„De ruimte op Schiphol wordt steeds schaarser, dus moet het speelveld voor de concurrentie gelijk zijn”, zegt ACM-voorzitter Chris Fonteijn. „We moeten voorkomen dat KLM oneigenlijk bevoordeeld wordt ten opzichte van andere luchtvaartmaatschappijen.” Een gezonde concurrentie zorgt volgens de ACM voor een gevarieerd aanbod en lagere ticketprijzen.
Schiphol is blij dat na vier jaar een einde is gekomen aan het mededingingsonderzoek naar de relatie met KLM, en dat daarbij geen overtredingen zijn geconstateerd. „Wij hechten groot belang aan naleving van wet- en regelgeving”, aldus het luchthavenbedrijf. Volgens KLM maken de conclusies helder op welke wijze de relatie met haar belangrijkste partner kan worden voortgezet.