Advies: nieuw besluit onteigenen Hedwigepolder
De rechtbank Zeeland-West-Brabant moet opnieuw een besluit nemen over de onteigening van de gronden in de Hedwigepolder. Dat concludeert althans de advocaat-generaal van de Hoge Raad in een advies aan het hoogste rechtsorgaan. Hij vindt dat de rechtbank in haar uitspraak van 8 juni 2016 het Koninklijk Besluit niet streng genoeg heeft gecontroleerd.
In dat besluit is de grond aangewezen die de Staat wil onteigenen. De overheid wil dat om het gebied te kunnen ontpolderen. De eigenaar wil de grond echter houden en niet ontpolderen. Mocht hij dat niet kunnen tegenhouden, dan wilde hij de ontpoldering zelf doen op kosten van de Staat.
De advocaat-generaal vindt dat de rechtbank niet goed heeft gekeken naar de optie om te ontpolderen zonder onteigening, wat de eigenaar voorstaat. Daarbij kan ook niet van de eigenaar worden verlangd dat hij de kosten van de ontpoldering en de nieuwe inrichting van het gebied betaalt, vindt hij. Ook niet als de Staat de kosten kan verhalen op het Vlaams-Gewest.
De Hoge Raad kan het advies al dan niet volgen en doet op 2 februari 2018 uitspraak.