De Europese staalindustrie kampt al geruime tijd met lage prijzen als gevolg van stevige concurrentie uit met name China en Rusland. Door bijvoorbeeld commerciële divisies, onderzoeksafdelingen en andere ondersteunende diensten samen te brengen, denken Tata Steel en ThyssenKrupp de kosten structureel met 400 tot 600 miljoen euro te kunnen verlagen.

Bij elk van beide ondernemingen verdwijnen zo’n 2000 banen, zowel aan de productiekant als op kantoor. Hoe de pijn precies wordt verdeeld, is nog volstrekt onduidelijk. Tata Steel Europe, zelf voortgekomen uit een fusie tussen Hoogovens en British Steel, heeft vestigingen in onder meer Nederland, Groot-Brittannië, Duitsland, België en Frankrijk.

Het personeel van Tata Steel in IJmuiden ziet niets in een onzeker avontuur met ThyssenKrupp. Wat voorzitter Frits van Wieringen van de centrale ondernemingsraad betreft staan op dit moment alle seinen op rood. Hij benadrukt dat altijd is ontkend dat een samengaan gepaard zou gaan met ontslagen. „Maar dat gebeurt nu dus wel.”

De Nederlandse vakbonden zijn er evenmin gerust op. FNV dreigde direct met acties om banenverlies te voorkomen. De bond vreest ook dat de staalfabriek in IJmuiden zijn relatieve zelfstandigheid verliest. Collega-bond CNV oordeelt milder, en erkent dat een fusie misschien wel de beste oplossing is. Maar dan moeten er wel goede regeling komen voor de mensen die hun baan kwijtraken.

Premier Mark Rutte daarentegen reageerde opgetogen, vooral omdat het fusiebedrijf zich in Nederland vestigt. Werkgeversvoorman Hans de Boer viel hem bij en sprak van „een erkenning van het goede Nederlandse vestigingsklimaat”.