Verkenningsteam naar Afghaanse provincie Baghlan
Een Nederlands verkenningsteam is vrijdag vertrokken naar de Afghaanse provincie Baghlan.
Het team, bestaande uit mensen van Defensie, Buitenlandse Zaken en Ontwikkelingssamenwerking, moet nadere informatie verzamelen over het opzetten van een Nederlands provinciaal reconstructieteam in de provincie.
Nederland overweegt circa honderd militairen beschikbaar te stellen voor de klus. Het gaat dan om het stabiliseren van een beperkt gebied en het scheppen van randvoorwaarden voor de wederopbouw van de regio.
Duitsland, dat al enige tijd actief is in het noordoosten van Afghanistan, wil het controlegebied graag uitbreiden maar heeft dan wel extra mensen nodig. Begin vorige maand bereikte minister Kamp van Defensie politieke overeenstemming met zijn Duitse collega Struck over een samenwerkingsverband.
Duitsland heeft momenteel circa 450 militairen in de regio rond Kunduz. Berlijn wil het controlegebied graag verder uitbreiden, onder andere naar Feyzabad, ten noordoosten van Kunduz.
Kamp voelt er echter weinig voor zijn mensen naar de echte risicogebieden te sturen, zoals Feyzabad. De stad, die op 1200 meter hoogte ligt, is een centrum van de papaverteelt. Nederland heeft al 1400 man in Irak, Duitsland niemand. Verder heeft Nederland al een Apache-detachement in Kabul. Je kunt van een land dat vijf keer kleiner is dan Duitsland niet verwachten dat het in Feyzabad ook nog eens de kastanjes uit het vuur gaat halen, redeneert Kamp.
De provincie Baghlan is al grotendeels gepacificeerd door de Duitsers. Duitse militairen zijn minder gelukkig met de politieke afspraken. Zij hebben er al allerlei activiteiten opgezet en zijn bang dat Nederland nu voor een dubbeltje op de eerste rij kan gaan zitten.
Nederland zal naar het zich laat aanzien inderdaad niet veel ’reconstructiegeld’ via de missie in de regio willen pompen. Het ministerie van Ontwikkelingssamenwerking spreekt van een hoofdzakelijk militaire missie. Wel heeft Nederland voor de periode 2004-2006 100 miljoen euro beschikbaar gesteld voor het het reconstructiefonds van de Afghaanse regering en is er daarnaast nog 25 miljoen beschikbaar voor humanitaire hulp.