Blok: OM moet oordelen over plan Laatste Wil
Niet de minister van Veiligheid en Justitie, maar het openbaar ministerie moet de plannen van de coöperatie Laatste Wil beoordelen.
Dat zei minister Blok van Veiligheid en Justitie dinsdagmiddag in de Tweede Kamer, in antwoord op mondelinge vragen van SGP-Kamerlid Van der Staaij.
Vrijdagavond maakte Laatste Wil bekend haar achterban te willen attenderen op de verkrijgbaarheid van een dodelijk conserveringsmiddel. Van der Staaij wilde weten wat Blok kan doen om de verspreiding daarvan tegen te gaan.
Actie is volgens de SGP geboden om te voorkomen dat het middel in verkeerde handen valt. Van der Staaij voerde verder aan dat de plannen van Laatste Wil het op het voorkomen en terugdringen van zelfdoding gerichte overheidsbeleid ondermijnen.
De minister zei echter niet voor zijn beurt te willen spreken, omdat dat in strijd zou zijn met de beginselen van de rechtsstaat. Bovendien is zijn beeld op dit moment nog incompleet, zo zei hij. „We weten nog niet eens over welk middel het gaat.”
Blok benadrukte hij wel dat hij zeer geconcentreerd heeft gevolgd wat de coöperatie van plan is, maar vooralsnog is justitie volgens hem aan zet.
Behalve Van der Staaij vroegen ook de Kamerleden Marijnissen (SP), Dik-Faber (CU), Van Toorenburg (CDA) en Bisschop de minister om opheldering. Zo hield Dik-Faber Blok voor dat hij als minister niet moet vluchten in technocratische antwoorden als het veiligheidsgevoel van mensen in het gedrang dreigt te komen. Soortgelijke bewoordingen gebruikte ook Bisschop. „Aantasting van de rechtsstaat ligt op loer door de laagdrempeligheid waarmee het plan wordt voorgespiegeld”, zei hij.
In antwoord op Van Toorenburg zei Blok toe de Kamer later een brief te willen sturen over hoe de plannen van Laatste Wil zich verhouden tot het wetsartikel dat hulp bij zelfdoding strafbaar stelt. „Maar dan moeten er eerst meer feiten bekend zijn”, bleef hij benadrukken.