Kerk & religie

Jaaropening TU Kampen: Reformatie inspireert tot vernieuwing

De Reformatie herinnert „ons eraan dat we door de kracht van God kunnen vernieuwen. Van tijd tot tijd moet de korst van vastgeroeste zaken er af.”

Van onze verslaggever
5 September 2017 09:09Gewijzigd op 16 November 2020 11:23
Hoogleraren en andere bezoekers verlaten de Broederkerk in Kampen, na afloop van de opening van het academisch jaar van de Theologische Universiteit Kampen op maandag 4 september 2017 V.l.n.r. Margreeth de Jong (echtgenote van prof. Clement), prof. dr. Al
Hoogleraren en andere bezoekers verlaten de Broederkerk in Kampen, na afloop van de opening van het academisch jaar van de Theologische Universiteit Kampen op maandag 4 september 2017 V.l.n.r. Margreeth de Jong (echtgenote van prof. Clement), prof. dr. Al

Dat zei rector prof. dr. R. Kuiper maandag bij de opening van het academisch jaar 2017-2018 van de Theologische Universiteit Kampen (TUK). Tijdens de bijeenkomst in de Broederkerk stond 500 jaar Reformatie centraal.

In een overdenking naar aanleiding van de roeping van Gideon (Richteren 6:1-18) wees Kuiper erop dat allerlei mensen uit de geschiedenis kunnen functioneren als inspiratiebron. De les van de Reformatie is dat je met een nieuw begin verder komt, aldus de rector, al ligt er in de geschiedenis van Gideon ook een les: „Hij bleek wel een bevrijder maar geen reformator. Maar God herinnert eraan dat Hij er zal zijn en onder alle omstandigheden blijft.”

De TUK start dit jaar met 149 studenten. Dat zijn er iets meer dan vorig jaar. Er zijn 51 nieuwe inschrijvingen. De groei zit volgens Kuiper vooral in de belangstelling voor de algemene masters en de komst van buitenlandse studenten. In de bachelor studeren 43 studenten, in de predikantsmaster 29.

Kuiper schetste dat in Kampen zo’n 30 procent van het totaalaantal theologiestudenten in Nederland studeert. „Bij de vier protestantse kerkelijke universitaire opleidingen in Nederland studeren 524 studenten.” Mocht de TUK met de Theologische Universiteit Apeldoorn opgaan in de Gereformeerde Theologische Universiteit, dan zou deze instelling 45 procent van het totaalaantal theologiestudenten voor haar rekening nemen.

Ook als beide instellingen in de toekomst samen optrekken, is het aantal studenten relatief laag in vergelijking met andere instellingen, beklemtoonde Kuiper. „Wij zien nu uit naar de finale besluitvorming hierover op de synode van de Christelijke Gereformeerde Kerken in oktober. Wij wensen hen daar veel wijsheid en moed bij. De voorgenomen samenvoeging van onze universiteiten zal hoe dan ook ingrijpend zijn, maar is ook wel ”Gebot der Stunde” genoemd en van groot belang voor de bundeling van krachten rond de gezamenlijke beoefening van gereformeerde theologie.”

Bach

Musicoloog prof. dr. Albert Clement van de Universiteit Utrecht ging in zijn openingsrede in Kampen in op de invloed van de theologie van Maarten Luther op het werk van componist Johann Sebastian Bach. Deze gebruikte net als Luther veel symboliek in zijn werk. „Luther stelt muziek naast de theologie, om het Evangelie te verkondigen”, zo zei Clement. „Als dat zo is, geldt ook hier: Wie oren heeft die hore.”

In de tijd en omgeving waarin Bach leefde, beschouwde een componist het werk van de Schepper als volmaakt. Die volmaaktheid streefde ook Bach na. Heel de Duitse barok is daarop gebaseerd, aldus Clement. De invloed daarvan als verbreider van de Evangelieboodschap was en is verstrekkend. „De muziek kon als geen ander mensen bewegen.”

Clement legde met behulp van vele voorbeelden uit dat Bach zijn muziek pas componeerde nadat hij als een architect de contouren ervan geschetst had. „Zo ontstond er een ingenieus architectonisch werk ter ere van God. Het complexe karakter dat composities daardoor konden krijgen, leidde ertoe dat veel ervan –inclusief de daarin besloten schoonheid– niet werd begrepen door tijdgenoten, laat staan door mensen uit onze tijd.”

Vaststaat dat Bach theologisch goed onderlegd was, concludeerde Clement, alsmede dat hij een diepgelovig mens was. Dat blijkt niet alleen uit zijn bibliotheek, met tientallen theologische werken. Een aantal daarvan bestaat nog steeds, zoals drie banden van het commentaar van Abraham Calovius op de Lutherbijbel. Bij 1 Kronieken 25, waarin David instrumentalisten en zangers naar hun ambten verdeelt, tekent Bach aan: „Dit hoofdstuk is het ware fundament van alle Gode welgevallige kerkmuziek.”

Van de drie banden van Bach is dit jaar een facsimile, een nauwkeurige fotografische kopie, gemaakt. De banden waren gisteren in Kampen te bekijken en krijgen op een later moment een definitieve bestemming.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer