Bedrijven moeten een heffing gaan betalen, waarmee in Nederland nieuw werk kan worden geschapen. Ook zouden ondernemingen onderworpen moeten worden aan een „efficiëntietoets” als ze werkgelegenheid over de grenzen laten verdwijnen. Een onafhankelijke instelling als de Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) zou die toets moeten uitvoeren.

Volgens Van der Kolk wordt de Nederlandse economie serieus bedreigd door de uittocht van banen naar lagelonenlanden. „Het is algemeen geaccepteerd dat de overheid in het kader van het algemene belang het economisch proces beïnvloedt met toezichthouders als de NMa en de Opta. Hoogwaardige werkgelegenheid is ook een algemeen belang”, aldus de vakbondsvoorman.

Uit onderzoek van adviesbureau Deloitte onder ruim 200 ondernemingen blijkt dat de Nederlandse industrie steeds meer productie verplaatst. Zo dacht twee jaar geleden eenvijfde van de bedrijven erover activiteiten over te hevelen naar het buitenland. Uiteindelijk heeft 31 procent dat gedaan. De komende twee jaar wil ongeveer weer eenderde van de ondernemers productie overbrengen naar onder meer China, India, Polen, Tsjechië en Roemenië.

Van der Kolk wijst erop dat niet alleen laagwaardig productiewerk maar ook hoogwaardige arbeid weglekt. Woensdag organiseerde de FNV-bond een conferentie voor leden van ondernemingsraden van banken, verzekeraars, telecom- en chemiebedrijven en bedrijven als Shell, die vooral geconfronteerd worden met de verplaatsing van ict-banen.

„Bedrijven moeten zich realiseren dat ze iets terug moeten doen voor de Nederlandse samenleving, de fiscus en de werknemers als ze werk verplaatsen. Dat is ook maatschappelijk ondernemen. Ze hebben jarenlang geprofiteerd van onze samenleving en zijn hier groot geworden”, stelt Van der Kolk. „De heffing kunnen we gebruiken voor investeringen in jonge ondernemers, kennisinstituten en vernieuwing van de economie.” Een van de redenen dat bedrijven werk uit Nederland verplaatsen, is volgens hem dat de innovatie in ons land achterblijft.

De ondernemersorganisaties VNO-NCW en MKB-Nederland verwijzen de plannen van FNV Bondgenoten naar de prullenbak. „Dit is ingrijpen in natuurlijke bedrijfsprocessen”, aldus MKB.

Volgens VNO-NCW smoort de FNV-bond de ondernemingszin met z’n ideeën, wat fnuikend zal blijken te zijn voor de economie. „Bondgenoten vergeet dat verplaatsing van activiteiten de concurrentiepositie -en daarmee de werkgelegenheid- van bedrijven in Nederland verbetert”, aldus VNO-NCW. Volgens de ondernemers kan de vakbond beter meewerken aan verlaging van de loonkosten.