„Eurozone kan geen nieuwe klap opvangen”
De eurozone is onvoldoende beschermd tegen een nieuwe crisis. Overheidsschulden van veel eurolanden zijn onverantwoord hoog, terwijl veel banken in hun voortbestaan worden bedreigd door het grote bedrag aan uitstaande slechte leningen. Volgens de Adviesraad Internationale Vraagstukken (AIV) zijn daarom nieuwe maatregelen nodig om de regio door een nieuwe crisis te loodsen, mocht deze zich aandienen.
Sinds de eurocrisis die duurde van 2010 tot en met 2012 zijn volgens de AIV de onderlinge economische verschillen tussen de landen van de eurozone alleen maar groter geworden. Vooral zuidelijke eurolanden zijn volgens de AIV niet in staat gebleken om „noodzakelijke economische hervormingen” door te voeren. Ook hebben „drastische bezuinigingen” in een reactie op de crisis waarschijnlijk een averechts effect gehad.
In de afgelopen jaren zijn al wel verschillende maatregelen genomen ter versterking van de Economische en Monetaire Unie (EMU). Zo is het Europees toezicht op begrotingen van landen aangescherpt en is er een systeem van Europese controle op het bankwezen gekomen. Ook is er een noodfonds opgericht om te voorzien in acute financieringsbehoeften van landen. Dit is volgens het adviesorgaan van de Nederlandse regering, onder meer op het gebied van Europese integratie, niet voldoende.
Om een nieuwe schok te kunnen opvangen moet volgens de AIV vooral de slagvaardigheid in zaken van crisisbeheer worden vergroot. Daarbij kijkt het adviesorgaan naar het bestuur van de EMU. De vaste voorzitter van de eurogroep moet volgens het adviesorgaan optreden als hoofdonderhandelaar van steunprogramma’s.
Daarnaast moeten „diepgaande economische hervormingen” worden doorgevoerd. Het gaat daarbij vooral om flexibilisering van product- en arbeidsmarkten. Nederland en Duitsland zouden volgens de AIV die kar moeten trekken.