Kamer wil geen ander systeem orgaandonatie
De Tweede Kamer voelt er op dit moment niets voor om de Wet op de orgaandonatie zo te wijzigen dat mensen na hun overlijden automatisch donor zijn. Minister Borst van Volksgezondheid gaat wel de voor- en nadelen van dit systeem op een rijtje zetten.
Dat bleek dinsdag tijdens een overleg in de Tweede Kamer over orgaandonatie. De huidige wet, die in 1998 in werking trad, heeft er niet toe geleid dat meer mensen hun organen en weefsels in geval van overlijden beschikbaar stellen.
Voor de fracties van PvdA en SP was dat dinsdag reden om te pleiten voor het zogenaamde geenbezwaarsysteem. Iedereen is dan donor, tenzij hij of zij heeft aangegeven dat niet te willen zijn.
De fracties van VVD, CDA, D66, GroenLinks, ChristenUnie en SGP voelen daar niets voor. Zij willen het huidige systeem handhaven. Daarbij krijgen volwassenen de vraag voorgelegd of ze wel of niet als donor geregistreerd willen staan. Degenen die niet reageren, laten de beslissing over aan nabestaanden. De groep die niet reageert is veel groter dan aanvankelijk was verwacht, en nabestaanden gaan er in driekwart van de gevallen van uit dat degenen die niet hebben gereageerd geen donor willen zijn.
Alle fracties vinden het teleurstellend dat de wet niet tot een groter aantal donors heeft geleid. De meerderheid van de Kamer is er echter niet van overtuigd dat een geenbezwaarsysteem de oplossing biedt. Dat blijkt ook uit de praktijk in enkele Europese landen.
De Kamer ziet meer in aanvullende maatregelen op het huidige systeem. Minister Borst zit ook op die lijn. Gisteren stelde ze een aantal concrete maatregelen voor. De Kamer stemde daarmee in. Het aantal donatiefunctionarissen in ziekenhuizen zal toenemen van twintig naar 56. Verder krijgt iedereen een herinneringsbrief en zal de voorlichting minder neutraal zijn. De overheid gaat de burgers stimuleren om donor te worden.