Binnen Democratische Partij meer ruimte voor verzet tegen abortus
Binnen de Democratische Partij in Amerika pleiten vooraanstaande politici om kandidaten die tegen abortus zijn, niet langer bij voorbaat uit te sluiten.
De voorzitter van het campagnecomité van de partij, Ben Ray Luján, zei maandag in een interview met de politieke website The Hill dat het abortusstandpunt van kandidaten „geen lakmoesproef” mocht zijn. „Als we in het land kandidaten zoeken, dan gaat het om mensen die vertrouwen hebben in hun district en die daar kunnen winnen.” Luján bepleit de vorming van een brede coalitie van groepen onder het dak van de Democratische Partij.
Met dit voorstel hoopt hij bij de komende verkiezingen, in 2018, de Republikeinse meerderheid in het Huis van Afgevaardigden te kunnen breken. Om de grens van 218 zetels te passeren, moet de partij 24 zetels winnen ten opzichte van het huidige aantal afgevaardigden De laatste keer dat de Democraten dit lukte, was bij de tussentijdse verkiezingen in 2006. Sinds 2008 hebben de Republikeinen het in het Huis voor het zeggen.
Lujáns voorstel kan leiden tot een mogelijke koerswijziging binnen de Democratische Partij. Tot nu toe stelt deze zich op een uitgesproken ”prochoice”-standpunt. Vrouwen moeten zelf kunnen bepalen of ze een zwangerschap kunnen voldragen. Kandidaten die dit niet delen, krijgen geen subsidie voor hun campagne uit de landelijke verkeizingskas. Daar wil de voorzitter van het campagnecomité vanaf.
Het standpunt van Luján wordt gedeeld door vooraanstaande partijleden, onder wie de voorzitter van de Democratische fractie in het Huis van Afgevaardigden, Nancy Pelosi, en de fractieleider in de Senaat, Chuck Schumer.
Ook Bernie Sanders, de rivaal van Hillary Clinton tijdens de voorverkiezingen voor het presidentschap, vindt dat Luján gelijk heeft. Hoewel deze progressieve Democraat persoonlijk een fervent verdediger is van de keuzevrijheid voor de vrouw zegt hij: „Je kunt geen mensen uitsluiten die op een onderdeel een afwijkend standpunt innemen.”
Partijstrateeg Michael Wear, die onder presdient Obama een belangrijke adviseur van het Witte Huis was, vindt het idee van Luján „de moeite van het proberen waard.” Via Twitter riep hij tegenstanders van abortus binnen de partij op om zich te laten horen. Een koerswijziging zou er volgens Wear toe kunnen leiden dat Republikeinen die ontevreden zijn over het beleid van Trump, overlopen naar de Democratische Partij.
Progressieve partijleden verzetten zich. De partijvoorzitter zelf, Thomas Perez, vindt dat elke vrouw het recht moet behouden om al dan niet voor een abortus te kiezen. Cecile Richards noemt het „onbestaanbaar” dat je Democratisch afgevaardigde bent en tegen abortus. Richards is lid van de programcommissie van de partij en directeur van de organisatie Planned Parenthood, die tientallen abortusklinieken in de VS heeft. „De rechten van de vrouw om zelf te beschikken over haar lichaam, zijn niet onderhandelbaar.” Lindy West, feministe en adviseuse van Hillary Clinton tijdens de verkiezingscampagne, noemt het voorstel van Luján „een paniekreactie, ingegeven door angst voor de hyena’s die in het Witte Huis de dienst uitmaken.” West vindt het prima als vrouwen voor zichzelf besluiten om een zwangerschap te voldragen, „maar niemand mag dat als verplichting opleggen aan andere vrouwen.”
Volgens de prolifeorganisatie National Right of Life (NRL) zitten er op dit moment geen Democraten in het Huis van Afgevaardigden die abortus provocatus afwijzen. Tien jaar geleden waren dat er nog zeventien. Maar volgens de NRL heeft de discussie rond de zorgwet van Obama geleid tot het „afvoeren van prolifekandidaten.” Uit recente cijfers van onderzoeksbureau Pew blijkt dat 22 procent van de Democraten tegen abortus is. Bij de Republikeinen ligt dit op 65 procent.
Verkiezingsanalisten wijzen erop dat de prolifegroep bij de komende verkiezingen in een aantal Amerikaanse staten het verschil zullen maken.