Eerbetoon aan vergeten Canadese geallieerden
„Canadezen?” Vaak wordt er verrast gereageerd als Laurens van Aggelen vertelt dat op begraafplaats Airborne War Cemetry in Oosterbeek ook 33 militairen uit Canada begraven liggen. Als eerbetoon aan deze geallieerden schreef hij een boek over „de vergeten inzet” van Canadese troepen in Arnhem en Oosterbeek tussen september 1944 en mei 1946.
Op twee na sneuvelden alle 33 Canadezen in september 1944 tijdens of kort na de Slag om Arnhem. De jongste was slechts 19, de oudste 36 jaar.
Met zijn boek wil Van Aggelen (53) „voor het voetlicht brengen welke belangrijke rol de Canadese strijdkrachten hebben gespeeld en de grote onbekendheid daaromheen wegnemen”, zo formuleert hij in zijn inleiding.
„In aantal zijn de Canadezen op het ereveld te midden van ruim 1700 omgekomen geallieerde soldaten in de minderheid, maar juist daarom is het belangrijk dat niemand van hen wordt vergeten.”
Arnhemmer Van Aggelen schreef meer publicaties over de Tweede Wereldoorlog en militaire geschiedenis en is als vrijwilliger actief in de veteranenzorg. Hij heeft wel een idee waardoor de rol van de Canadezen in de Slag om Arnhem onderbelicht is gebleven. „Voor een groot deel is dat te wijten aan het feit dat de militairen niet vanuit hun eigen eenheid deelnamen. Ze vulden tekorten bij de Britse strijdkrachten aan.”
Van de 33 omgekomen Canadezen die in Oosterbeek begraven liggen, dienden er 25 bij de luchtmacht. De meesten van hen waren jonge officieren, veelal luitenant.
Na de Slag om Arnhem waren Canadese militairen betrokken bij de evacuatie van geallieerde manschappen, zowel bij Operatie Berlin als later bij Operatie Pegasus. „Dankzij hun inzet zijn de nodige mensenlevens gered”, aldus Van Aggelen. Zeker vijf Canadezen lieten het leven bij Operatie Berlin.
Canadese geallieerden vochten ook mee in de tweede Slag om Arnhem, in april 1945. Van Aggelen: „Een feestelijke intocht, zoals in Apeldoorn en diverse andere steden die ze bevrijdden, was er in Arnhem niet voor de Canadezen omdat de geëvacueerde bevolking elders de bevrijding moest afwachten.”
Na de bevrijding bleven de militairen nog geruime tijd in Nederland om te helpen bij de wederopbouw en bij het ruimen van mijnen in het verwoeste Arnhem en directe omgeving.
Ook werkten de Canadezen bij boeren mee bij het binnenhalen van de oogst en werden ze in ziekenhuizen ingezet.
Iedere in Oosterbeek begraven Canadees heeft in Van Aggelens boek ten minste één pagina gekregen. Daarop staan een foto van zijn grafsteen en enkele persoonlijke gegevens, waaronder meestal ook hoe hij om het leven is gekomen. Van sommigen is een portret geplaatst.
Over twee piloten vertelt Van Aggelen uitgebreider. „Beiden hadden zich verloofd vlak voordat ze aan hun laatste vlucht begonnen, maar ze zouden hun geliefde nooit terugzien. Hun verhaal is het verhaal van duizenden Canadese militairen die nog zo jong en nog zo vol met mooie plannen voor de toekomst waren, toen ze stierven ver van huis. De plaats waar zij hun laatste rustplaats kregen.”
Canadezen in Arnhem en Oosterbeek, De vergeten inzet van de Canadese troepen (1944-1946), Laurens van Aggelen; White Elephant Publishing, Arnhem, 2017; ISBN 978 90 79763 18 4; 128 blz.; € 19,50.