Cultuur & boeken

Een eigen lens voor Bonhoeffers theologie

Ds. C. Bos, hervormd predikant te Benschop, is zo enthousiast over de theologie van de Duitse kerkleider Dietrich Bonhoeffer (1906-1945) dat hij er een boek over heeft geschreven: ”Levend geloven”.

prof. dr. A. Huijgen
31 July 2017 14:37Gewijzigd op 16 November 2020 11:08
Dietrich Bonhoeffer in Ettal achter de piano, Kerst 1940.
Dietrich Bonhoeffer in Ettal achter de piano, Kerst 1940.

De studie pretendeert geen wetenschappelijk werk te zijn, maar het biedt pastorale en geestelijke overwegingen naar aanleiding van Bonhoeffers theologie. Jammer genoeg komt Bonhoeffers theologie zo niet echt uit de verf en het boek zelf blijft ook een beetje fragmentarisch. Dat de onderdelen los naast elkaar staan, helpt ook niet.

Bij de bespreking van Bonhoeffers theologie heeft ds. C. Bos een eigen agenda, die hij direct in het eerste hoofdstuk op tafel legt: het aan de kaak stellen van wat hij de ”verzakelijking” noemt, het oppervlakkige levensklimaat van het postmodernisme dat alle verwondering uitbant. Daartegenover wil ds. Bos het opnemen voor „Bijbelse spiritualiteit” in de omgang met God, door stilte, bezinning en discipline. Daarom laat hij zijn boek uitlopen op praktische aanwijzingen voor hoe het leven met God gestalte zou kunnen krijgen in gebed, meditatie en aanvechting.

Geloofsgeheim

Het boek bestaat uit drie delen, al beslaat enkel deel 1 twee hoofdstukken; de andere twee delen tellen elk slechts één hoofdstuk. Het is alsof Bos niet heeft kunnen kiezen tussen twee indelingen. Het eerste deel behandelt het ”geloofsgeheim” volgens Dietrich Bonhoeffer, dat Bos identificeert met ”disciplina arcani” en invult aan de hand van de hoofdwerken van Bonhoeffer. Deze disciplina arcani is de praktijk uit de Vroege Kerk om de geloofsgeheimen verborgen te houden voor niet-christenen. Dit functioneerde bijvoorbeeld rond de viering van de eucharistie, waarvoor alle niet-christenen werden weggezonden.

Bonhoeffer spreekt over disciplina arcani alleen in zijn de brieven die hij vanuit de gevangenis schreef, zijn late werk dus. Ds. Bos trekt de disciplina arcani echter veel breder en gebruikt deze term als een omschrijving voor de hele vormgeving van het geloofsleven en als lens voor heel Bonhoeffers theologie. Hij toont echter niet aan dat dit legitiem is. Om zo’n precieze discussie gaat het de auteur echter niet; hij wil toe naar de meditatieve omgang met God als verrijking van het geestelijk leven.

Een tussenstap om daar te komen is deel 2 van het boek, dat alleen hoofdstuk 4 omvat. De auteur bespreekt er Bonhoeffers relatie tot Maarten Luther. Ds. Bos benadrukt dat Bonhoeffer en Luther beiden ervaringstheologen zijn en hij schetst hoe Luthers drieslag meditatie, gebed en aanvechting doorwerkte bij Bonhoeffer. Toch merk je ook in dit hoofdstuk hoe de auteur eigenlijk boven zijn macht werkt en termen uit de werken van Luther en Bonhoeffer hanteert zonder helder te maken wat deze betekenen.

Oogst

Het derde deel van het boek gaat over praktische vormen vandaag. Hier wil de auteur de oogst binnenhalen. Hij zegt er veel mooie en stichtelijke dingen, met name over het gebed. Toch werkt het niet echt om Bonhoeffer voor het karretje van de stichtelijke opmerkingen te spannen.

Ds. Bos benadrukt bijvoorbeeld het belang van vaste gebedstijden door te verwijzen naar Daniël, die „voor het open venster in een seculiere wereld” bad. Uit zo’n zin blijkt dat ds. Bos niet doorheeft dat volgens Bonhoeffer disciplina arcani juist nodig is omdat hij in zijn tijd een beslissende omwenteling zag naar een niet-religieuze tijd, die fundamenteel verschilde van eerdere periodes. Daniël leefde niet in een seculiere wereld, en het seculiere is niet hetzelfde als het niet-religieuze. Dat soort finesses is aan ds. Bos kennelijk niet besteed, maar het maakt wel dat de lezer zich afvraagt waarom hij Bonhoeffer nodig heeft om zijn punten over de geloofspraktijk te maken.

Hoe sympathiek dit boek ook is, het is inhoudelijk toch een beetje vlees noch vis. Het is geen vernieuwende Bonhoefferinterpretatie en dat pretendeert het ook niet te zijn. Maar voor een stichtelijk boek is het geregeld te betogend en te ingewikkeld. Een term als disciplina arcani bijvoorbeeld wordt in het hele boek niet helder uitgelegd, en als dat wél zou zijn gebeurd, zou ds. Bos waarschijnlijk geaarzeld hebben om het in de titel op te nemen. Het boek bevat ook gespreksvragen aan het eind, maar die zullen waarschijnlijk ongebruikt blijven, want te ingewikkeld en te sturend. De literatuurlijst en de in totaal 45 voetnoten laten ook een onbevredigend gevoel achter.

Pastorale praktijk

Het meest aansprekende van dit boek is de manier waarop Bos probeert Bonhoeffers denken om te zetten in pastorale praktijken. Luthers regel van gebed, meditatie en aanvechting is het waard om geestelijk overwogen te worden. Daarbij is het uiteraard niet erg om een beetje bij Bonhoeffers denken weg te bewegen, maar de lezer krijgt de indruk dat Bos niet altijd doorheeft waar hij dat doet. Ook al werkt ds. Bos’ enthousiaste weergave van Bonhoeffers theologie aanstekelijk, dit boek had aan iets meer discipline onderworpen mogen worden.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer