Voorlopig akkoord Microsoft en Justitie
Het Amerikaanse ministerie van Justitie en Microsoft hebben een voorlopig akkoord bereikt in het antitrustproces tegen het softwarebedrijf. Districtsrechter Colleen Kollar-Kotelly heeft de overeenkomst voorlopig aanvaard en wil volgende week dinsdag horen of de andere partijen die bij het proces betrokken zijn daar ook mee akkoord gaan.
Drie jaar geleden dienden het ministerie van Justitie plus twintig afzonderlijke staten een antitrustklacht in tegen Microsoft. De eerste procesronde werd afgesloten met de aanbeveling dat Microsoft zou worden opgesplitst om te voorkomen dat het bedrijf z’n monopolie op het gebied van computerbesturingsprogramma’s verder nog zou misbruiken. Een hof van beroep vond die opsplitsing te radicaal, maar vond ook dat Microsoft zich had misdragen.
Rechter Kollar-Kotelly, die de zaak afgelopen zomer opnieuw te behandelen kreeg, probeerde eerst een bemiddelingspoging. Toen die faalde gaf zij de partijen opdracht zelf een compromis te bereiken. Zou dat op 2 november niet gelukt zijn, dan wilde Kollar-Kotelly het antitrustproces voortzetten. Gisteren maakten justitie en Microsoft hun compromis bekend, maar de achttien staten moeten ook nog akkoord gaan. Dat moeten zij voor woensdag laten weten.
Het compromis voorziet in overheidstoezicht op het doen en laten van Microsoft. Daartoe krijgen drie deskundigen vijf jaar lang permanent toegang tot alle belangrijke sectoren van het bedrijf. Dat belooft bovendien dat programmacodes van Microsoft-besturingsprogramma’s bekendgemaakt zullen worden aan concurrenten om hen in staat te stellen software te ontwikkelen die kan concurreren met Microsofts eigen producten.
Steve Ballmer, bestuursvoorzitter van Microsoft, liet gisteren weten ook een schikking na te streven met de Europese Commissie. Die heeft tegen het concern dezelfde beschuldigingen geuit als de Amerikanen.
Niet afgerond
Minister van Justitie John Ashcroft roemde het akkoord als een doorbraak. Volgens Microsoft-grondlegger Bill Gates gaat het akkoord „verder dan wij gewenst hadden."
Eerste reacties van de afzonderlijke staten waren niet ongunstig. „Dit akkoord is een duidelijke vooruitgang, maar wij willen de tekst wel eerst nauwkeurig bestuderen", aldus officier van justitie Tom Miller van Iowa. Als de staten het akkoord volgende week goedkeuren is de zaak nog niet afgerond. Dan volgt er eerst een periode van drie maanden waarin allerlei partijen zoals concurrenten, gebruikers en deskundigen hun zegje kunnen doen over de overeenkomst. Pas daarna kan het akkoord in werking treden.
