ECB handhaaft beleid
De Europese Centrale Bank (ECB) houdt zijn monetaire beleid vooralsnog onveranderd. Dat betekent dat de rentetarieven in de eurozone op hun historisch lage niveaus blijven en dat de omvang van het opkoopprogramma blijft staan op 60 miljard euro per maand.
De herfinancieringsrente blijft 0 procent, wat betekent dat banken gratis geld kunnen lenen bij de centrale bank. De depositorente blijft min 0,4 procent, waardoor banken geld toeleggen op de middelen die ze bij de ECB stallen. Het opkoopprogramma van schuldpapier loopt in principe door tot eind dit jaar, maar kan worden verlengd of uitgebreid als de ECB te weinig voortgang ziet richting zijn voornaamste doelstelling: een inflatie van net geen 2 procent.
Op de financiële markten was al verwacht dat de centrale bank nu pas op de plaats zou maken. ECB-president Mario Draghi geeft later in de middag een persconferentie. Mogelijk kan hij dan voorzichtig hinten op een geleidelijke afbouw van het stimuleringsbeleid. Een officiële aankondiging van een afbouw zou dan op de beleidsvergaderingen in september of oktober gedaan kunnen worden.
Bij een bijeenkomst in het Portugese Sintra in juni zei Draghi nog dat het economisch herstel in de eurozone sterker en breder gedragen wordt. Ook is volgens Draghi het gevaar van deflatie geweken. Die opmerkingen werden op de markten gezien als een mogelijk signaal dat de ECB spoedig kan overgaan tot het inperken van het soepele monetaire beleid. Daarop steeg de euro flink in waarde.
Draghi gaat dit jaar ook naar de top van centrale bankiers in het Amerikaanse Jackson Hole in augustus. Het is voor het eerst in drie jaar dat hij die vergadering bijwoont.