Van de piloten stemde 78 procent in met het plan en daarmee kan dit najaar de nieuwe dochter worden opgezet, die met lagere kosten marktaandeel moet gaan terugwinnen op routes waar de concurrentie en prijsdruk het zwaarst zijn. Vooral door nieuw cabinepersoneel te werven met soberder arbeidsvoorwaarden denkt het zusterbedrijf van KLM goedkoper te kunnen werken en beter de concurrentie aan te gaan met rivalen uit vooral het Midden-Oosten.

Steun van de piloten voor het project is onontbeerlijk. Zij vormen de machtigste beroepsgroep binnen de luchtvaartonderneming. Vorige week werd al een akkoord gesloten met de vakbonden voor het cabinepersoneel over de oprichting van het nieuwe dochterbedrijf.

De onderhandelingen over de definitieve afspraken met de piloten rond Boost hebben maanden geduurd. Een van de belangrijkste afspraken is dat de piloten voor het nieuwe dochterbedrijf onder dezelfde arbeidsvoorwaarden werken als hun collega’s elders in het bedrijf. Ook werden afspraken gemaakt over onder meer het maximale aantal vluchten dat door het nieuwe bedrijf zal worden uitgevoerd.

Topman Jean-Marc Janaillac van Air France-KLM gaf aan dat de piloten hun verantwoordelijkheid nemen door het plan te steunen. Dit najaar moet het eerste toestel van het nieuwe dochteronderdeel de lucht in gaan voor een vlucht binnen Europa. Voor de eerste vluchten naar verre bestemmingen mikt Air France op de zomer van 2018.

KLM liet in een reactie op het akkoord weten dat de plannen rond Boost geen belemmering zijn voor groei bij het Nederlandse onderdeel. De exacte gevolgen van de aanvullende productieafspraken rondom Boost op KLM zullen nader worden bekeken.