K. werd ervan beschuldigd dat hij in 2013 samen met zijn vader de 35-jarige Omar Kourrich uit Amsterdam zodanig had afgetuigd dat hij overleed. Dat gebeurde onder meer met een honkbalknuppel, in de winkel van de vader. K. was toen minderjarig. Zijn vader overleed voorafgaand aan de berechting. Een conflict over illegale hennepteelt was mogelijk de reden voor het geweld.

Het stoffelijk overschot van Kourrich werd daarna ernstig verminkt en gedumpt in het Tjeukemeer in Friesland. Twee verdachten zijn wel veroordeeld, voor medeplichtigheid aan de moord en hulp bij het wegmaken van het lijk.

George H. gaf het plakband aan waarmee het slachtoffer werd getaped en waardoor hij uiteindelijk is gestikt. Ook bracht H. daarna de auto van het slachtoffer naar België. Hij moet vier jaar de cel in. De aanklager bij het hof had zes jaar cel geëist, twee jaar meer dan de straf die de rechtbank hem had opgelegd.

Hendrik van der H. kreeg twee jaar cel opgelegd, conform de eis, maar een half jaar meer dan de rechtbank eerder oplegde. Hij hielp onder meer bij het verbranden van het lichaam.