Brussel wil handel in roofkunst platleggen
De controle op oude, illegale kunstschatten die Europa binnenkomen moet veel scherper, om te voorkomen dat groepen als IS er hun terroristische activiteiten mee financieren. De EU-landen hebben nu nog verschillende regels voor de import van archeologische kunstvoorwerpen, maar die worden gelijkgeschakeld als het aan de Europese Commissie ligt. De lidstaten zouden vanaf 2019 worden verplicht om forse straffen uit te delen aan overtreders, vooral aan handelaren die vervalste verklaringen afgeven.
Conflictlanden als Syrië, Irak en Afghanistan worden stelselmatig gestript van cultureel erfgoed, dat geregeld op de Europese zwarte markt opduikt of via EU-landen wordt verhandeld. Voorkomen moet worden dat daarmee terrorisme wordt gefinancierd, aldus EU-commissaris Pierre Moscovici (Financiële en Economische Zaken). „Geld is als zuurstof voor terroristische organisaties als IS. Wij ondernemen actie om hen van hun financieringsbronnen af te snijden”, vult zijn collega Frans Timmermans aan. De G20-landen hadden daar vorige week toe opgeroepen.
Door gelijke regelgeving en definities in alle EU-landen wordt het veel lastiger om bijvoorbeeld gestolen antiek, beelden en manuscripten ouder dan 250 jaar te verhandelen. Importeurs kunnen nu door te ‘havenshoppen’ misbruik maken van de mazen in de wet, maar zouden in het vervolg via een „rigoureus certificaatsysteem” voor elk object moeten aangeven of dat wel legaal is verkregen. De douane en andere autoriteiten controleren dat en besluiten vervolgens om een invoervergunning af te geven of de spullen in beslag te nemen.
Volgens schattingen heeft 80 tot 90 procent van de antiquiteiten die wereldwijd worden verhandeld een illegale herkomst. Hiermee zou jaarlijks 2,5 tot 5 miljard euro gemoeid zijn. Nederland en Oostenrijk kennen al een importverbod op cultuurgoederen die illegaal zijn geëxporteerd.