Turkse oppositie stapt naar Europees hof
De grootste Turkse oppositiepartij, de CHP, heeft dinsdag bij het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) bezwaar aangetekend tegen het referendum in april over de invoering van een presidentieel systeem. „Het referendum heeft in hoge mate zijn legitimiteit verloren”, zei partijvoorzitter Kemal Kilicdaroglu.
De Turken stemden op 16 april met een krappe meerderheid voor een vergaande uitbreiding van de macht van president Erdogan. De uitslag is omstreden. De CHP en de pro-Koerdische HDP hebben de islamitisch-conservatieve regering beschuldigd van stembusfraude. De kiescommissie heeft verzoeken van de oppositie om de uitslag ongeldig te verklaren echter afgewezen.
CHP-woordvoerder Bülent Tezcan zei dat beslissingen van de verkiezingsautoriteit niet aangevochten kunnen worden. „Wij kunnen ons recht niet voor de rechter opeisen”, zei hij. In de klacht bij het EHRM stelt de partij dat het belemmeren van de rechtsgang in Turkije in strijd is met de Europese mensenrechtenconventie. Voorts zegt de CHP dat het recht op vereniging en de vrijheid van meningsuiting zijn ingeperkt.