Economie

Ontwakende reus bedreigt kleinduimpje

De westerse wereld moet zich aanpassen aan de turbulente opkomst van een nieuwe economische grootmacht: China. De Nederlandsche Bank ziet de noodzaak in van loonmatiging en langer werken om tegenwicht te bieden aan de ontwakende reus. Nu de vakbonden nog.

Frank van de Beek
28 May 2004 08:54Gewijzigd op 14 November 2020 01:16

President Nout Wellink van De Nederlandsche Bank (DNB) liet er donderdag geen misverstanden over bestaan. De wereldeconomie verandert in razend tempo. „De groei in China doet ons versteld staan. Dat heeft gevolgen voor de westerse landen.”

Enkele cijfers: in het eerste kwartaal investeerden de Chinezen 43 procent meer en zowel export als import liet stijgingen van boven de 40 procent zien. In de laatste twintig jaar is de economie jaarlijks met 9 procent gegroeid. Ter vergelijking: Nederland zal dit jaar met pijn en moeite een plusje scoren van 0,8 procent, zo verwacht De Nederlandsche Bank.

Wellink: „Ik weet nog goed dat de Japanse economie loskwam in de jaren vijftig. Ik kocht toen mijn eerste auto. Gezien mijn beperkte budget koos ik voor een Japanner. Het leverde mij veel kritiek op. De auto zou door roest en gebrek aan onderdelen snel stilstaan. Maar de komst van deze auto’s zorgde voor fors meer concurrentie op de Europese automarkt.

In Japan woont slechts 3 procent van de wereldbevolking. De gevolgen van het ontwaken van China als grootmacht zullen echter tien keer zo groot zijn. In China zijn bijvoorbeeld plannen om een nieuwe elektriciteitscentrale te bouwen om het groeiende verbruik bij te benen. De capaciteit is voldoende om het hele Verenigd Koninkrijk van stroom te voorzien.”

De eerste tekenen van de Chinese invloed zijn al merkbaar in West-Europa. „Waarom groeit het aantal banen in Nederland nog niet, ondanks de tekenen van economisch herstel? Dat komt doordat bedrijven gaan herstructureren. Bij een stijgende vraag naar producten trekken zij geen extra personeel aan maar investeren eerst in nieuwe machines. Arbeid is gewoonweg te duur. We spreken daarom ook wel van baanloze groei.”

De sectoren die het zwaarst getroffen worden zijn de textiel- en de papierindustrie en de chemie. Gebieden die zich succesvol onderscheiden zijn de metaalindustrie, het transport en de financiële dienstverlening.

Wat moet het kleine Nederland doen om in de race te blijven? „Onze concurrentiepositie verslechtert steeds verder ten opzichte van goedkope landen in Azië. Een matige loonontwikkeling is noodzakelijk en verder moeten we langer en meer gaan werken. Van mij mag de pensioengerechtigde leeftijd bijvoorbeeld omhoog.”

Het is overigens nog maar de vraag of Nederland daar de strijd mee wint. „Er moet veel meer gebeuren. Nederland moet doordrongen worden van de urgentie van structurele maatregelen. Anders blijven we doormodderen.”

Wellink ergert zich daarom aan de opstelling van de vakbonden. „De laatste maanden zijn er 54.000 werklozen bijgekomen, dat is de grootste toename sinds begin jaren tachtig. Ik doe daarom een klemmend beroep op de vakbond om zich te houden aan de nullijn. Nu ze hun zin niet krijgen bij het ene onderwerp, moeten de bonden geen gelijk halen bij een ander onderwerp. Dan schiet je jezelf in de voet. Ik betreur het ten zeerste dat het overleg is mislukt. Het kabinet was al heel ver gegaan met zijn plannen.”

Critici zullen het probleem relativeren door te stellen dat China de onstuimige groei niet in goede banen kan leiden. Zij hebben Wellink echter niet aan hun zijde. „Het is ongetwijfeld een proces van vallen en opstaan. Er vinden nu ook niet-rationele investeringen plaats. De overheid probeert dit wat af te remmen. Aan de andere kant wil zij ook de plattelandsbevolking in de groei betrekken. Dan schrik je van de aantallen. Als zij meehelpen in de productie, zal dat een schok in het wereldaanbod betekenen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer