Analyse: Liefde voor Rutte III moet nog wat groeien
„Rechts met den Bijbel”, schampert Asscher (PvdA) over het kabinet-Rutte III, dat vanaf donderdag in de steigers wordt gezet. De liefde tussen de vier beoogde partners is ook nog niet opgebloeid.
De formatie duurt inmiddels 105 dagen, maar, zo zei CDA-leider Buma woensdag veelbetekenend: „Het formatieproces begint opnieuw, alsof het 15 maart was.” Oftewel: er is nog amper vooruitgang geboekt. Buma weet het trage tempo vooral aan de veelheid aan fracties die onder geen beding regeringsverantwoordelijkheid wensen te dragen. „Na de verkiezingen schadevrij naar de zijlijn manoeuvreren, lijkt het hoogste doel van partijen te zijn”, verzuchtte hij.
Een van de partijen voor wie het daar prima toeven is, is DENK. Voorman Kuzu verkneuterde zich woensdag publiekelijk over het gegeven dat D66 en de CU op een aantal thema’s lijnrecht tegenover elkaar staan. „De wetgeving waarborgt de volledige bescherming van het leven van mensen vanaf de bevruchting tot het natuurlijke levenseinde”, citeerde hij spottend uit het beginselprogramma van de CU. Om meteen daarna uit te halen: „De kernvraag is dan ook wat er bij D66 veranderd is.”
Embryowet
De DENK-leider wordt vaak verguisd om zijn wilderiaanse stijl, maar wat Asscher woensdag liet horen, was strikt genomen weinig chiquer. Nu de „GroenRechtsvariant” met GroenLinks van de baan is, gaat Nederland geregeerd worden door „Rechts met den Bijbel”, schamperde hij. De PvdA-leider begon over de zorg van zwangere vrouwen „die als zij zich willen laten testen niet voor het dilemma willen komen te staan dat je met zo’n zwangerschap allerlei risico’s neemt.” Ook sprak hij, met een duidelijke verwijzing naar de formatieonderhandelingen over de Embryowet, over „onderzoek naar afschuwelijk ernstige, erfelijke ziektes dat nu kan plaatsvinden. Zijn zulke thema’s „waarop wij de afgelopen jaren vooruitgang hebben geboekt”, wel veilig bij Rutte III? informeerde hij.
Indruk maakte het wel. VVD-leider Rutte trad naar voren en sprak met ferme stem dat „de inzet van de VVD aan de onderhandelingstafel duidelijk was.” Het riep de vraag op hoe koeltjes de verhoudingen tussen de vier beoogde partners VVD, CDA, D66 en CU bij de start van de onderhandelingen voor Rutte III nog altijd zijn. Pechtold bleek het sneren en dreigen nog niet te hebben verleerd. Zei oud-CU-leider Slob recent op de radio dat hij zich kon voorstellen dat D66 zich in dit stadium van de formatie pragmatisch opstelt? Nou, schamperde Pechtold, „als Slob het pragmatisme met evenveel enthousiasme verdedigt in eigen kring komt het tussen ChristenUnie en D66 wel goed.”
De Pechtold-slogan ”Als ik ergens aan begin, wil ik ook dat het slaagt”, is alweer ingewisseld. „Ik wil dat het slaagt, maar krijg niet altijd mijn zin”, klonk het woensdag. Én: „Als er iets mislukt, ligt het niet aan mij.” De boodschap is duidelijk: Pechtold wil regeren, maar eist toegeeflijkheid van CDA én CU.
Of ‘de lijst-Pechtold’, de onderwerpen waarover hij CU-leider Segers eerder de maat nam, eerst afgewerkt moet zijn voor de vier partijen gaan praten over de materiële kwesties, is niet helemaal duidelijk. Er komen volgende week immateriële onderwerpen op tafel, verzekerde Zalm, de nieuwe informateur, woensdag. Over een deel ervan wordt echter pas in een later stadium onderhandeld, namelijk wanneer er vanuit de fracties compromisvoorstellen zijn voorbereid.
Eetlust
„De eetlust komt wellicht al etende”, pruilde CDA-leider Van Agt in september 1981, toen hij met PvdA en D66 rond de tafel moest om te onderhandelen over de vorming van Van Agt II. CU-voorman Segers hield het woensdag op een beschaafd: „Een klein wonder heeft plaatsgevonden, we gaan onderhandelen. Op naar een groter wonder, een nieuw kabinet.” De boodschap was niettemin helder. De onderlinge liefde moet nog groeien, de hoop op een goede afloop eveneens.