Nigeriaanse weduwen dagen Shell voor rechter
Shell wordt donderdag voor de Nederlandse rechter gedaagd voor medeplichtigheid aan de executies van negen Nigeriaanse milieuactivisten in 1995. Vier weduwen spannen een civiele procedure aan. Dat maakte Amnesty International, die de vrouwen juridisch bijstaat, bekend.
Het concern wordt er onder meer van beschuldigd de Nigeriaanse overheid te hebben geholpen bij de onderdrukking van gewelddadige protesten tegen boringen in het Ogonigebied begin jaren negentig. In 1995 werden negen mannen opgehangen, omdat ze kritisch waren op Shell en het militaire regime, meldt de mensenrechtenorganisatie.
Volgens de advocaat van de weduwen heeft Shell destijds nog druk uitgeoefend op de opgepakte activisten om hun toon te matigen. Gaven ze daar gehoor aan dan zou Shell zich inzetten voor hun lot. Twee getuigen die tijdens het proces belastende verklaringen aflegden zijn volgens de advocaat omgekocht.
De eisers willen publiekelijke excuses en een schadevergoeding voor de rol die Shell daarin speelde. In een reactie zegt het olieconcern donderdagochtend dat de „fundamentele kernwaarden eerlijkheid, integriteit en respect voor mensen altijd van groot belang zijn bij het zakendoen”.
„We hebben de aantijgingen in deze tragische zaak altijd in de sterkst mogelijke bewoordingen ontkend”, aldus een woordvoerder. „De executies van (auteur, tv-maker en milieuactivist) Ken Saro-Wiwa en zijn mede-Ogonis in 1995 waren tragische gebeurtenissen die werden uitgevoerd door het militaire bewind dat destijds aan de macht was. We waren geschokt en verdrietig toen we het nieuws over de executies hoorden.”
„We geloven dat het bewijs duidelijk zal laten zien dat Shell niet verantwoordelijk was voor deze tragische gebeurtenissen.”
Nederland heeft langere tijd bemiddeld in het conflict over vervuiling van de Nigerdelta in het zuiden van Nigeria. De vervuiling in het Ogoniland ontstond na oliewinning door onder meer Shell. In 2009 werd een schikking getroffen met nabestaanden van Saro-Wiwa. Die kregen ruim 15 miljoen dollar. Nabestaanden van andere geëxecuteerden kregen niets.