Burgemeester Ahmed Aboutaleb sprak dinsdag met een deel van de fractievoorzitters van de tien partijen in de raad. Hij wilde als voorzitter van de gemeenteraad vernemen hoe de bestuurscrisis zou kunnen worden opgelost.

Aboutaleb raakte pas maandagmiddag via een brief van Anfal op de hoogte van diens overstap naar oppositiepartij NIDA. Daardoor steunt de coalitie niet langer op 23, maar nog maar op 22 zetels in de 45 zetels tellende gemeenteraad.

Fractievoorzitter Ronald Buijt van Leefbaar Rotterdam, met dertien zetels nog altijd de grootste partij in de gemeenteraad, wil desnoods als minderheidscoalitie met gedoogsteun verder.

De PvdA noemt dat als grootste oppositiepartij in de raad (acht zetels) „onbegrijpelijk”. Fractievoorzitter Leo Bruijn twitterde daarover: „@Buijtleefbaar 3 jaar lang je niets aantrekken van de oppositie, alles wegstemmen op basis van 23-22 nu hopen op gedoogsteun”. Ook noemde hij de reactie van politiek leider Joost Eerdmans van Leefbaar „dat de minderheidscoalitie ‘doorvecht’ voorbarig”. Volgens Bruijn moet eerst worden gedebatteerd over de ontstane situatie. Partijen in de raad zijn erg verdeeld over een oplossing.

Coalitiegenoot CDA zegt bij monde van fractievoorzitter Sven de Langen aan te sturen op een stabiel stadsbestuur. „Want we hebben nu geen meerderheid, dat is heel simpel.” De andere coalitiegenoot, D66, reageert niet op verzoeken om commentaar.

Volgens de eenmansfractie ChristenUnie-SGP wordt die partij ten onrechte genoemd als nieuwe bondgenoot van de coalitie. Een eventuele samenwerking is volgens raadslid Setkin Sies verre van vanzelfsprekend en niet aan de orde. „We zijn altijd bereid om te praten, maar een eventueel politiek akkoord is nog heel ver weg”, aldus Sies. „Op het gebied van armoedebeleid en integratie zijn de politieke verschillen bijvoorbeeld te groot om nu even bij het kruisje te tekenen.”