„Advocaten kochten politievrijwilligster om”
Twee letselschadeadvocaten uit Amsterdam worden ervan beschuldigd dat zij een politievrijwilligster uit Amstelveen hebben betaald om vertrouwelijke politie-informatie te krijgen. Hun kantoor kreeg daarmee volgens het Openbaar Ministerie een voorsprong op concurrerende letselschadekantoren, zodat zij een financieel voordeel konden halen. Dat gebeurde tussen 2010 en 2012.
De officier van justitie eiste woensdag een taakstraf van tweehonderd uur tegen het tweetal wegens omkoping en witwassen van politiedossiers. De nu 63-jarige Amstelveense staat later terecht. Zij zou samen met het advocatenkantoor een eigen stichting hebben opgericht voor slachtoffers van verkeersongevallen. Die kregen via deze route ook privacygevoelige informatie in handen die niet voor hun ogen bestemd was. De zakelijke relatie tussen de drie verdachten bleef lange tijd verborgen.
De kwestie komt nu pas voor de rechter, niet alleen omdat het financieel onderzoek veel tijd in beslag nam maar vooral ook vanwege de proceshouding van de betrokken advocaten. Zij beriepen zich steeds op hun verschoningsrecht, het recht om vanwege bepaalde omstandigheden niet te antwoorden op vragen van de rechter. Maar de Hoge Raad oordeelde inmiddels dat hun verklaringen niet onder het verschoningsrecht vallen, aldus een woordvoerder van het OM.
De aanklager vindt dat de advocaten hun beroepsgroep schade hebben toegebracht en het vertrouwen van burgers in advocaten hebben ondermijnd.
De uitspraak is begin augustus.