VVD, CDA en D66 gaan praten met ChristenUnie
VVD, CDA en D66 gaan samen met de ChristenUnie praten over de vorming van een nieuw kabinet. Dat heeft D66-leider Alexander Pechtold woensdag gezegd.
De CU was de laatste mogelijke coalitiepartner voor het zogenoemde motorblok van drie partijen, nadat eerder al GroenLinks, de PvdA en de SP waren afgevallen.
„Ik heb zojuist een gesprek gehad met Tjeenk Willink. Hij heeft me bijgepraat over zijn gesprekken met de heren Asscher en Segers. Mij is duidelijk geworden dat wat de PvdA betreft het niet aan de orde is om deel te nemen aan een kabinet”, zei Pechtold over zijn onderhoud met informateur Herman Tjeenk Willink. PvdA-leider Lodewijk Asscher gaf dinsdag al aan dat hij niet beschikbaar is, gezien het historische verlies van zijn partij bij de verkiezingen.
„Ik heb zojuist ook gesproken met collega’s Rutte, Buma en Segers. Wat mij betreft is de informatie die ik nu heb gekregen voldoende om te gaan kijken hoe we met deze vier partijen een stabiel kabinet kunnen vormen.”
Pechtold spreekt woensdagavond verder met CU-leider Gert-Jan Segers, zei hij. De twee gaan samen eten. Hierbij schuiven ook D66-Kamerlid Wouter Koolmees en CU-Kamerlid Carola Schouten aan, de twee vermoedelijke secondanten bij de onderhandelingen.
„Er zijn grote verschillen”, aldus Pechtold over samenwerking met de CU. De twee partijen verschillen vooral op het gebied van medisch-ethische kwesties sterk van mening. „Maar ik wil serieus kijken of het mogelijk is. Ik neem aan dat later deze week - maar dat is aan de informateur - een officiële uitnodiging komt om te kijken hoe we met deze vier partijen het vervolg vorm geven.”
Segers bracht eerder woensdag een bezoek aan Tjeenk Willink. Hij zei na afloop dat hij bereid was formatiegesprekken te beginnen „als Pechtold zegt dat hij dit een faire kans wil geven”.
De verstandhouding tussen Pechtold en Segers liep eerder een deuk op na een verkennend gesprek tussen de twee, waarin Pechtold de deur dichtsloeg voor gesprekken met de CU. Hij noemde een coalitie met de CU toen „ongewenst”.