Belangrijke overeenkomsten voor vrede in Zuid–Sudan
Gezanten van de Sudanese regering en van het Sudanese Volksbevrijdingsleger (SPLA) moeten volgens plan woensdag in het Keniaanse Naivasha drie belangrijke overeenkomsten tekenen die zouden leiden tot een permanente vrede.
Op het geplande tijdstip van de plechtige ondertekening kwamen ze echter niet opdagen. Diplomaten zeiden dat er nog wordt onderhandeld. Het is niet bekend of de onderteking later op woensdag doorgaat.
Zuid–Sudan is al tientallen jaren het toneel van een bittere strijd tussen de streng islamitische en centralistische regeringen in Khartum en de niet–islamitische, zwart–Afrikaanse Zuid–Sudanezen. Die willen een federale structuur zonder de islamitische wetgeving.
De onderhandelingen tussen de Zuid–Sudanese SPLA en de regering van president Omar Hassan al–Bashir hebben vooralsnog 22 maanden geduurd. Onder Amerikaanse druk zijn tal van cruciale overeenkomsten bereikt, met name de drie die woensdag moeten gesloten.
Het gaat vooral om de status van drie provincies die beide partijen hebben geclaimd. Een van deze gebieden, Abyei, is rijk aan olie. Voorts zijn er belangrijke afspraken gemaakt over de toekomstige verdeling van de macht, heeft het Keniaanse ministerie van Buitenlandse Zaken bericht.
Het enige wat de twee partijen dan nog lijken te moeten regelen voor een algehele vredesregeling is het formeel beëindigen van de vijandelijkheden. De vrede in het zuiden van Sudan zou dan op papier komende maand rond zijn.
De partijen zijn het er eerder over eens geworden dat het zuiden zes jaar lang autonoom wordt. Daarna kan het een referendum over afscheiding houden. Het noorden behoudt de sharia als voornaamste wetgeving. Voorts was er al een overeenkomst over verdeling van de inkomsten uit oliewinning.
De eerste schoten in de strijd tussen Noord en Zuid werden al in 1955 gelost, een jaar voor de onafhankelijheid van Sudan. In 1983 richtte een opstandige, zuidelijke generaal, John Garang het SPLA op. Naar schatting zijn er 2,5 miljoen mensen gedood en meer dan vier miljoen mensen ontheemd in de strijd en door hongersnoden.
De Nederlandse minister Van Ardenne (Ontwikkelingssamenwerking) is woensdag niet voor de ondertekening in Naivasha. Ze wilde daar aanvankelijk wel bij zijn, maar ze laat naar eigen zeggen verstek gaan uit protest tegen de crisis in de regio Darfur in het westen van Sudan. Van Ardenne heeft zich ingezet voor vrede tussen het noorden van Sudan en het zuiden. Voor noodhulp aan Sudan heeft Nederland dit jaar 6,5 miljoen euro gegeven. Daarnaast is nog 2 miljoen euro uitgetrokken voor de hulp aan de slachtoffers in Darfur.
Regeringstroepen en Arabischsprekende bendes bevechten zowel de bevolking als rebellen in Darfur. Het gaat volgens waarnemers van onder meer de VN om een van de wreedste etnische zuiveringen van onze tijd.
De huidige machthebbers in Khartum hebben zowel in het zuiden als in het westen van het land gepoogd met terreur de oorspronkelijke niet–Arabisch sprekende bevolking te verdrijven. Dat gaat volgens waarnemers gepaard met bombardementen, verkrachtingen, martelingen, ontvoeringen, vergiftiging van waterbronnen en massamoorden.
De mensenrechtenorganisatie Amnesty International heeft er woensdag in een rapport op gewezen dat ondanks de vredesakkoorden deze misdaden ook nog steeds in Zuid–Sudan worden gepleegd. De organisatie meldde dat in februari bendes die worden gefinancierd door de regering, talrijke burgers hebben vermoord en dorpen in brand staken in olierijke gebieden in Zuid–Sudan.
Vooral de VS dringen aan op een vredesakkoord. De regering–Bush hoopt op een diplomatiek succes. Voorts wil Washington olierijkdommen van Zuid–Sudan verder ontsluiten. Washington heeft er zelfs bij het SPLA op aangedrongen akkoord te gaan met de handhaving van de omstreden islamitische wetgeving in Khartum, als er maar een akkoord komt.