Oud-ministers geen getuigen in corruptieproces
De oud-defensieministers Eimert van Middelkoop en Henk Kamp hoeven van de rechtbank in Rotterdam niet te getuigen in het corruptieproces rond de aankopen van dienstauto’s voor de overheid.
De rechtbank wees vrijdag een verzoek van de raadslieden van zes verdachte defensie- en politieambtenaren af. Volgens de rechtbank waren die verzoeken onvoldoende onderbouwd. Voor het verhoor van de derde ex-minister, Hans Hillen, houdt de rechtbank een beslissing aan. Eerst willen de rechters zijn verhoor over deze kwestie door de Rijksrecherche nader bestuderen. De andere ministers zijn niet gehoord.
Hillen verklaarde in 2014 volgens NRC tegenover justitie dat hij de Kamer bewust onvolledig informeerde over de corruptieaffaire. Hillen vreesde dat de Kamer hem zo op de huid zou zitten dat hij aan zijn werk niet meer zou toekomen.
De corruptieaffaire draait om omkoping van ambtenaren bij de aanschaf van auto’s voor politie en defensie door importeurs van Volkswagen (Pon), Renault en Peugeot. De raadslieden wilden Kamp en Van Middelkoop ondervragen over gunsten, kortingen of diensten die zij zouden hebben ontvangen.
Kamp (Economische Zaken) noemde het begin juni „stom” dat hij zijn privéauto in 2006 door Pon heeft laten keuren. Dat gebeurde in de periode dat Kamp minister van Defensie was. Hij kreeg toen twee gratis navigatie-cd’s ter waarde van zo’n 250 euro. Ook de naam van Van Middelkoop wordt genoemd in het strafdossier rond de beschikbaarstelling van een vervangende auto.
De raadslieden van de verdachten betoogden afgelopen dinsdag op een regiezitting dat het Openbaar Ministerie onderscheid maakt in de vervolgingsbeslissingen.