Volgens de briefschrijvers, waaronder Allianz, Old Mutual, Standard Life en Fidelity, zou het „extreme voorstel” niet goed uitpakken voor de Nederlandse markt. Een dergelijke maatregel zou negatieve gevolgen hebben voor de efficiëntie van de financiële markten. Het zou incapabele managers in het zadel houden, terwijl de rechten van institutionele beleggers worden geschonden.

Volgens Kamp moet wettelijk geregelde bedenktijd er voor zorgen dat het bestuur van bedrijven de tijd krijgt om ook te kijken naar het langetermijnbelang van het bedrijf. Hij benadrukt dat de bedenktijd niet wordt opgelegd maar dat er alleen een wettelijke mogelijkheid wordt geboden.

De briefschrijvers benadrukken dat vijandige overnames niet per definitie goed of slecht zijn. Als ze op de juiste wijze worden uitgevoerd kunnen ze een positief effect hebben voor het bedrijf en voor de markten, menen ze.

De overnames van Nederlandse bedrijven is ook politiek een heet hangijzer geworden nadat de Amerikaanse verfreus PPG Industries met een zak geld op de stoep stond bij branchegenoot AkzoNobel. Daarbij werd de Amerikanen meermaals de deur gewezen. Uiteindelijk gaf PPG de jacht voorlopig op. Minister Kamp mengde zich in de discussie toen hij zich uitsprak tegen de Amerikaanse interesse.

Eerder stond was- en voedingsmiddelenconcern Unilever op de radar van zijn Amerikaanse branchegenoot Kraft Heinz. Ook dat bod kon rekenen op kritische reacties vanuit de politiek.